Manuele en electronische coördinatografen
rreirollenderKoordinatograph,"rVaSvs"Ssd«
A.M. den Hoerredacteur en werkzaam bij de Meetkundige Dienst ran de Rijkswaterstaat
Om lengtematen juist op tekeningdragers uit te zetten waren in de 19de eeuw
aanvankelijk de transversaalschaal met passer en de biseau (maatlat) met piqoir
(priknaald) de hulpmiddelen.
Als hulpmiddel van de kaartering werd in 1887 door de Zwitserse firma G. Coradi
voor het Nederlandse Kadaster een coördinatograaf gebouwd. Dit op aanwijzing
van de landmeter I. Boer Hzn. Schermerhorn en Van Steenis noemen dit nadrukke
lijk het eerste instrument van dit type"1. Op een tafel of grondraam loopt een X-
wagen en op de laatste een Y-wagen met een piquoir in een microscoop.
Onderscheiden werden grote coördinatografen om ruitennetten en grondslagpunten
op bladen aan te brengen en detaileoördinatografen om metingen uit te werken. De
laatste volgden het beginsel van de grote coördinatografen en hoezeer Coradi als
eerste fabrikant werd gezien blijkt ook uit het geciteerde leerboek: "Fig. geeft
een afbeelding van een detailcoördinatograaf, gebauwd door De Koningh naar het
model van de Zwitserse firma Haag-Streit, die op haar beurt weer de grondvormen
aan die van Coradi ontleende.
Met name de grote coördinatografen zullen schaars zijn geweest. Na het Kadaster
volgde bij de Rijkswaterstaat aanschaf wellicht pas na de oprichting van de
Meetkundige Dienst in 1931Rond 1960 verschijnen electronische coördinato
grafen en hoogstens een drie jaar later al tekenautomaten. (Als verschil wordt
gezien dat een tekenautomaat lijnen in plaats van punten presenteert en dat doet
met een tekenstift in plaats van met een piquoir.)
In 1960 schafte de Meetkundige
Dienst van de Rijkswaterstaat
(MD) een prototype van de
Coradomat aan.4 Deze electroni
sche coördinatograaf kon op mei
de hand of via een ponsbandlezer
opgegeven posities punten
markeren middels liet prikken
met een piquoir.
In de coördinatograaf namen de
assen van het kaartcoördinaten-
stelsel geen vaste positie in.
Deze werden gefixeerd loot aan
een referentiepunt op het blad de
corresponderende kaart-
coördinaten toe te voegen.
Dit gebeurde door het blanco kaart blad op de tafel te hebben vastgekleeid met
plakband, het piquoir naar het referentiepunt te dirigeren en de bijbehorende
coördinaten in te toetsen. Draaistangen of "spindels", bediend door servomotoren
zorgden voor de verplaatsing van het piquoir naar de volgende positie en een code
in de ponsband gaf de prikinstructie. De kaarteersnelheid was tegen de tien punten
per minuut, uiteraard afhankelijk van de onderlinge afstand. De verplaatsing van
de ene positie naar de volgende ging niet via de rechte lijn en automatisch tekenen
11
f^l G. CORADI,ZURICH 6 WEINBERGSTR.49-SCHWEIZ
2 J cegrIIndlt map
Nurclgene Konstruktlonen
Export nach allen Lündern der Er de
Austührliche Offerten tuf Anfragen hin.
Advertentie uit het Zeil schrift fiir lermessungswesen, december 1934.