Inventarisatie instrumenteel erfgoed
prof. dr. ir. L. Aardoom, voorzitter
De Stichting "De I Iollandse Cirkel" ziet de bevordering van de zorg voor het geodetisch
erfgoed als één van haar primaire taken. I Iet instrumentele erfgoed behoeft daarbij de
eerste aandacht. Te beginnen is met tracering, inventariserende beschrijving, rubricering,
selectie en gedetailleerde beschrijving van het materiaal. Op deze wijze hoopt de stichting
inzicht Ie krijgen in de aanwezigheid van historische geodetische instrumenten en aldus,
onder meer, de aanzet te geven tot de vorming van een kerncollectie, die - wellicht verdeeld
over verschillende locaties - in haar geheel een zo volledig mogelijk beeld geeft van het
instrumentele verleden van de geodesie, in het bijzonder Nederland betreffende. Deze
kerncollectie is aan te merken als de "Geodetische Collectie Nederland". Weliswaar bestaan
bij de geodetische instellingen op rijksoverheids- en wetenschappelijk niveau beschrijvingen
van minstens een deel van het betreffende bezit, maar het is gewenst dat zulke beschrij
vingen op uniforme wijze worden gecompleteerd en gedetailleerd. Voorts is het gewenst dat
de beschrijving zich mede uitstrekt tot liet bezit bij andere geodetische instellingen en
bedrijven, tot andere bedrijven en tot museale en particuliere verzamelingen. De uitvoer
baarheid van het project hangt in beslissende mate af van de medewerking van houders van
het beoogde materiaal. Slechts bij de in de stichting deelnemende instellingen en bedrijven
mag op die medewerking worden gerekend.
Nagegaan zal worden in hoeverre het nuttig is aan te sluiten bij lopende of te starten
projecten op het gebied van de inventarisatie van wetenschappelijke instrumenten in het
algemeen. Dit vanuit het oogpunt van samenwerking met als doel een efficiënte aanpak qua
deskundigheid en middelen. Wat de middelen betreft, zal worden bezien op welke w ijze en
bij welke organisatie of stichting subsidie kan worden aangevraagd. Over mogelijke samen
werking en subsidieaanvragen wordt advies ingewonnen via het Techniek Museum te Delft.
Naarmate de uitvoering van het project vordert, zal hieraan bekendheid worden gegeven,
onder meerdoor aanmelding bij hei Instituut Collectie Nederland (ICN) te Amsterdam.
Voorgesteld wordt dat de beschrijving per instrument zal plaats vinden via een formulier.
De hierop in te vullen gegevens zullen daarna worden opgenomen in een per computer
toegankelijk, landelijk informatiesysteem. Potentiële houders van geodetisch historisch
instrumentarium zal om hun medewerking worden gevraagd. In liet bijzonder zal per instel
ling, bedrijf of verzameling worden gevraagd een contactpersoon aan te wijzen, waarmee te
stichting - via een projectteam van deskundige vrijwilligers - contact kan opnemen.
Bedoelde vrijwilligers zullen vervolgens behulpzaam zijn hij de invulling van de formulieren
en de verwerking van aldus verzamelde gegevens in het informatiesysteem.
Er is onderscheid te maken tussen instrumenten uit een ver verleden en instrumenten die
kort geleden in onbruik zijn geraakt. Bij laatstbedoelde categorie zal vaak een beslissing
moeten worden genomen over het behoud. In voorkomende gevallen zal de stichting - de
mening van deskundigen gehoord - adviseren. Waardevolle duplicaat-exemplaren kunnen
worden opgenomen in te vormen nevencollecties, bijvoorbeeld in beheer bij particulieren.
Gaandeweg zal dadelijk ook aandacht worden besteed aan het niet-instrumentele deel van
het geodetisch erfgoed, zoals archivalia en andere documentatie.
I let, voorshands kleine, projectteam zal in het najaar van 1099 van start gaan. I Iet tempo
van uitvoering zal in belangrijke mate afhangen van het aantal vrijwilligers dat zich,
aanvullend, voor de uitvoering beschikbaar stelt.
18