Varia: Teeling en de landmeters Diederen
STUDEER
TECHNIEK
THUIS
Overal ontdoet men rich van over
tollig personeel. Maan ook overal
houdt men de best onderlegden zoo
lang mogelijk in dienst, vooral in de
techniek. Het is niet moeilijk voor U,
te zorgen, dat ge ook tot die best
onderlegden behoort. Vraag aan
onderstaand adres het kosteloos
verkrijgbaar prospectus No. 56 aan
en doe een keuze uit de meer dan
130 technische cursussen van PBNA.
Er is er ook een bij, die juist voor
U geschikt is
ARNHEM
ÜCTNEDERLANDSCHETECHNICUM
trui15HEI dirscti;:ej.rothuizen en f. wind
voorhanden is. Als geodetische aanzet maken de bestuursleden
van de Stichting, ieder in zijn eigen organisatie, een voorlopige
inventarisatie van aanwezig materiaal. In samenspraak met de
Directeur van de Stichting, vormt een te werven Projectleider
een Werkgroep "Historisch Geodetisch Beeldmateriaal (HGBM).
De Werkgroep HGBM maakt een projectplan met begroting voor
een algemene inventarisatie en catalogisering volgens optie a met
aandacht voor de ontsluiting van het materiaal. Voorlopig wordt
niet meer nagestreefd. Voor de uitvoering van het projectplan
vraagt de Stichting vervolgens subsidie aan.
Advertentie uit 1932 van de particuliere instelling die decennia lung ook
geodetisch 'onderwijs op afstand'zou verzorgen, prent ran FIIMII, type li
uil een bredere technische serie. Historisch geodetisch beeldmateriaal?
(Directeur Rothuizenarchitect, zou overigens later zijn naam doen
wijzigen in Rotshuizen.)
I let verschijnen van de publicatie over de landmeters Diederen maakt het mogelijk enige
correcties aan te brengen in Teelings Landmeters van de Kadastrering van Nederland,
Apeldoorn 1084.
Op blz. 219 noemt Teeling vier landmeters met de naam Diederen en wel P.J., J.C., KJ. en
P.P. I lier schrijft hij ook dat J.P. wellicht dezelfde is als P.J.
Op blz. 237 worden dan ook slechts drie landmeters Diederen genoemd: J.C. (nr.75),
P.J. (nr.76) en P.W.F. (nr. 77).
Uit het boek over de landmeters Diederen blijkt nu overduidelijk dat er slechts twee in
aanmerking komen n.l. J.P. (Peter), geboren in 1758 en P.W.F. (Frans), geboren in 1791.
In katholieke streken kwam het wel meer voor dat de eerste doopnaam niet als roepnaam
werd gebruikt. Dit levert bij onderzoek vaak extra problemen op. Er bestaat dus geen P.J.
Bezien we op blz. 84 van dit boek de handtekening van J.P. (nr. Idan blijkt daar dal de
wijze waarop de P is geschreven gemakkelijk aanleiding kan geven tot het lezen van een
C. Conclusie: J.C. is ook J.P. Dit wordt nog eens bevestigd door de vermelding van Teeling
bij nr. 75 J.C.) van een brief gedateerd 23 Messidor an 10 (dat is de toen gebruikte
revolutionaire jaartelling). Deze zelfde brief wordt in liet Diederenboek op blz. 102 in de
marge aangehaald maar nu als een brief van Peter, dus van J.P.
Fr blijken dus bij de kadastrering van Limburg niet vier maar slechts twee landmeters
Diederen werkzaam te zijn geweest n.l. Joannes Petrus (genoemd Peter) en Petrus Willem
branciscus (genoemd Frans).
En nu maar hopen dat door al die initialen dit stukje niet totaal onleesbaar is geworden!
H.C. Pouls.
13
