Kootwijk 'op slot
Dit artikel geeft vooral leken een aardig
inzicht in de opkomst van de satellietgeo-
desie en de geschiedenis van Kootwijk
Geodeten, die in deze materie thuis zijn,
zullen echter hier en daar hun
wenkbrauwen fronsen. Het is echter
jammer dat de namen ontbreken van de
geodeten die, onder leiding van Prof L.
Aardoom, zo 'n belangrijke bijdrage
leverden aan deze ontwikkeling en het
werk op het observatorium en daarbuiten.
Ook is het jammer dat de ruimte voor de
bestaande historisch belangrijke instru
mentenverzameling van Geodesie zo klein
is dat deze twee instrumenten geen
waardige plaats konden krijgen bij deze
collectie.
Peter II. Meurer - De jonge Nicolaes van
Geelkerrken. In: Caert-Thresoor 2001
nr. 2, p.41-47.
In landmeetkundige kringen is Nicolaes
van Geelkercken voornamelijk bekend als
provinciaal landmeter van Gelderland. Jn
dit artikel wordt ingegaan op het leven
van de jonge' Van Geelkercken. Hij is
vermoedelijk in 1585/86 geboren in het
Duitse Geilenkirchen, studeerde een jaar
in Keulen, reisde door Italië. Hij vestigde
zich omstreeks 1607 in Amsterdam waar
hij, volgens de auteur, een 'gedegenoplei
ding kreeg als graveur, kaartontwerper en
als landmeter. Voor dit laatste voert
Meurer echter geen enkel bewijs aan, is
hier de wens de vader der gedachte
geweest'/Nicolaes startte in 1610 in
Leiden een eigen bedrijf als graveur en
uitgever, later in Amsterdam en daarna
weer in Leiden tot 162S, want in dat jaar
verhuisde hij naar Arnhem.
Deze publicatie geeft interessante aanvul
lende gegevens op het leren van Nicolaes
van Geelkercken maar helaas totaal geen
informatie over zijn opleiding tot
landmeter. Bij wie en waar hij het vak
heeft geleerd blijft onbekend.
Soms kom je een publicatie tegen waaraan
je zoveel genoegen beleeft datje anderen
deelgenoot wilt maken van dat genoegen.
Zo 'n publicatie is:
Topografische Duhhelallas, schaal
1:200.000. Uitgegeven door Buijten
Sehippcrhrijn. Amsterdam, 2001.
ISBN 90 5881 034 8. f95,00.
Deze uitgave bestaat uit twee atlassen die
naast elkaar zijn ingebonden.
De ene is een facsimile-uitgave van de
Topografische Atlas van liet Koningrijk
der Nederlanden op schaal 1:200 000 uit
1868. De atlas bevat 19 kaarten en een
overzichtskaart. De kaarten zijn een
verkleining van de normaleT.M.K.
Koeman schrijft hierover in zijn
Geschiedenis van de Kartografie van
Nederland: "De verkleining onderging
dermate weinig generalisatie dat ze eigen
lijk als een T.M.K. in miniatuur
beschouwd kan worden. Men staat in
dubio deze kaart als een wonder van mini-
lopografie te beschouwen of haar te
veroordelen wegens gebrek aan inzicht in
de cartografische generalisatie Mijn
voorkeur gaat naar het 'wonder', zeker als
men de atlas vergelijkt met de tweede.
De tweede atlas bevat de Topografie van
liet huidige Nederland op de basis van de
SmuldersKompas-cartografie, op schaal
1:200 000. Ook deze atlas bevat 19
kaarten en een overzichtskaart. De kaarten
zijn in kleur en speciaal voor deze uitgave
vervaardigd. Door toepassing van compu
tertechnieken was hel mogelijk kaarten te
vervaardigen die per kaart precies
hetzelfde gebied weergaven als bij de atlas
van 1868.
Door een speciale manier van inbinden is
het mogelijk geworden per blad het kaart
beeld rail 1868 naast dal van 2001 te
bekijken, lie weten wel dat er in ons land
een grote urbanisatie heeft plaats
gevonden (en nog steeds plaats vindt),
maar hier wordt je er direct mee gecon
fronteerd. Dat geldt niet alleen voor de
Bandstad maar bijvoorbeeld ook voor
Eindhoven en omgeving, kaart 18. Op de
1