kaart tot stand kwam. -1 an de hand ran !-t kaarten en een kaartboek word dit nader toegelicht. In feite heeft dit weinig te maken met het onderwerp van de studiedag. Het is meer wat informatie over het kaartbezit van de 'gastheer'. Met uitzondering van het kaartboek zijn alle genoemde kaarten te vinden in het boek van De II ill en klapwijk dat ik besprak in dit tijdschrift jg.2 nr.3, p.It. 8. A Schillemans - Kaartboeken in het Gemeentearchief Delft. Na afloop van de studiedag was er gelegenheid om in het aangrenzende gemeentearchief in een kleine expositie ruimte alle daar aanwezige kaartboeken te bekijken. Een unieke gelegenheid! Al met al was het een geslaagde studiedag en deze publicatie is een mooie en waarde- rolle herinnering. Vanuit persoonlijk perspectief vond ik de lezing van de heer De klerk het interessants, want dit ging over iets wat nauwelijks bekend was. Ook voor niet-deelnemers aan de studie dag is de inhoud van deze NI K publicatie zeker de moeite waard. Onlangs vond ik in de grootste boekhandel van Nederland in Rotterdam bij de aanbiedingen een boek dat mij vele uren leesplezier heeft bezorgd. Dit was: Dr. J.B.V. Weiten. Droog- leggers aan de Oosterschelde. Bewint der Dijckagie 1594-1610. De Bataafse Leeuw. Amsterdam 1993. ISBN 90 6707 321 0. Dit boek gaat over de herbedijking van het eiland Noord-Beveland, dat in 1530 door de St. Felix Hoed in de golven was ver dwenen. Deze herbedijking begon in 159-t en beschreven worden de eerste jaren tot 1610 Dat zijn de jaren van de bedijking, verkaveling, verpachting en de uitleg van de twee belangrijkste dorpen. Bij de ontstaansgeschiedenis van ons land heeft de strijd tegen het water altijd een belangrijke rol gespeeld. Vooral in de tweede helft van de 16e en de eerste helft van de 17e eeuw zijn er grote inpolde ringen en droogmakerijen geweest. Er is ook veel gedocumenteerd, we kennen namen van initiatiefnemers, belang hebbenden, bedijkers en landmeters maar over het wel en wee van cle aannemers met hun werkvolk en cle eerste bewoners weten we nauwelijks iets. Het is juist deze kant die zo sterk naar voren komt in dit boek. Dr. IVelten is geen geograaf, cartograaf of geodeet maar een geriater, dat is een arts speciaal voor ouderdomsverschijnselen en -ziekten (ik kende dit woord niet en heb het dan ook moeten opzoeken!). Het is misschien de betrokkenheid als arts die hem in staat stelde oude bronnen op unieke wijze te interpreteren"staat er op de omslag van het boek. In dit boek komen cle betrokkenen tot leven, ook het gewone volk, in voor- en tegenspoed. Vooral dat laatste is hen niet bespaard gebleven, dijkdoorbraken, hongersnood en pest hebben hun tol geëist. In mijn boek "de Landmeter" heb ik op blz. 100, 101 en 207-209 enige kolommen gewijd aan deze bedijking. In deze publi catie worden cle namen die ik noemde levende personen. Dr. Weiten, heeft een goed gedocumenteerd boek in een levendige stijl geschreven. Neem de tijd om het te lezen, geniet er van. Daarnaast krijg je de grootste bewondering voor de eerste bewoners van die nieuw ingepolderde gebieden, wat hebben zij niet moeten verduren om een nieuw bestaan op te bouwen... H.C. Bonts 23

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2002 | | pagina 25