Varia: verhuur 'kasteel van Kruidhof te Wageningen
kaart, met uitzondering van de thematische
kaart, 'topografisch'.
Terecht wordt gesteld dat bij allerlei vormen
van historisch onderzoek oude kaarten vaak
een belangrijke rol spelen en dat voor een juist
gebruik men het doel moet kennen waarvoor
de kaart gemaakt werd. Aan dit aspect wordt in
dit boek dan ook ruimschoots aandacht besteed
maar of men daarmede dan ook een hand
leiding heeft voor het gebruik van oude kaarten
mag betwijfeld worden, ik zou het liever een
handreiking willen noemen.
Het boek wordt compleet gemaakt met een lijst
van adressen van instellingen die Zeeuwse
kaarten beheren, een beknopte bibliografie en
een register van kaartmakers en landmeters. In
dit register komt echter een foutieve naam
voor. Er wordt hier namelijk een Doude, C. Jz.
genoemd en een verwijzing naar blz. 76 waar
Cornelis Janssoon Doude staat, dit moet echter
Cornelis Janszoon de Oude zijn. Deze land-
meter/bedijkingsdeskundige heeft o.a. samen
met zijn halfbroer Steven Jan Symonssen (hier
ook genoemd) werk verricht in het Delta
gebied, beiden waren zonen van de bekende
Jan Symonsz uit Gastel, die hetzelfde beroep
heeft uitgeoefend.
Deze publicatie is niet alleen nuttig voor
onderzoekers naar de geschiedenis van het
Zeeuwse landschap maar eigenlijk voor
iedereen die daar belangstelling voor heeft.
Naast kaarten bevat dit boek een groot aantal
andere illustraties, van grenspaal tot graf
zerken dat maakt het inhoudelijk tot een
boeiend boek.
H.C. Pouls
Delfts Goudleven en werk van achttien
markante hoogleraren. Onder redactie van
K.F. Wakker, P.A. Schenck, G.J. Olsder,
Kokkedee, J.H. Makkink en R.P.W. Visser.
Uitgegeven door de Technische Universiteit
Delft ter gelegenheid van het 32e lustrum
(2002) ISBN 90-75961-20-0.
Deze 18 hoogleraren werden geboren tussen
1860 (G.A.F. Molengraaf!) en 1917 (J.B. Ie
Poole).
W. Baarda schreef het artikel over "onze" J.M.
Tienstra. Als inleiding schreef hij de volgende
woorden:
"De inmiddels volwassen geworden satelliet-
geodesie zal de klassieke geodesie en een groot
deel van de landmeetkunde weldra overbodig
maken. Een deel van het werk van J.M.
Tienstra zal daarmee tot het verleden behoren.
Niet gauw vergeten echter wordt zijn ver
effeningstheorie, de theorie der kleinste
kwadraten, door Tienstra zelf'waarnemings
rekening' genoemd.
Meetkunst verder dan het menselijk oog, kleine
kroniek van een groot waarnemer."
De redactie kon zich gelukkig prijzen dat
Baarda, die Tienstra zo goed gekend heeft dit
artikel heeft kunnen schrijven. Baarda geeft de
samenwerking Schermerhorn-Tienstra de volle
aandacht: zij waren vrienden. Hij verwijst dan
ook naar het In memoriam dat Schermerhorn
in 1951 voor zijn vriend schreef.
Wij mogen Baarda en de redactie van deze
bundel dankbaar zijn voor dit artikel.
Afgelopen zomer werd geadverteerd met de
verhuur van kantoorruimte in het voormalig
'Gebouw voor Landmeetkunde' van de
Universiteit Wageningen.' Dit pand behoort tot
de - nog virtuele - lijst van bouwkundige
monumenten van de geodesie. De publiciteit
rond de verhuur is aanleiding voor aandacht in
dit tijdschrift. Een kanttekening hierbij is dat de
schepping van de oorspronkelijke architect
historisch gezien verder wordt aangetast. Alleen
uiterlijk blijft het gebouw gedicteerd door de
oorspronkelijke wetenschappelijke functie. Dat
Prof. ir. H.C. Zorn
1 O.a. in het Bennekoms Nieuwsblad van 6 augustus 2002. Dank aan ir R. van der Schans te Bennekom, die de redactie op deze
advertentie attendeerde.
21