Zaken deze stukken doorstuurde naar
Financiën en Binnenlandse Zaken met het
verzoek een voorstel in te dienen voor het op te
stellen Koninklijke Besluit. In het op 8 februari
1971 getekenden Nederlandse KB werd
goedgevonden "aan een gemengde Nederlands
Belgische Commissie de vaststelling toe te
vertrouwen van de grens tussen de gemeente
Baarle-Nassau en de aangrenzende Belgische
gemeenten Poppel, Weelde, Turnhout,
Merksplas, Wortel, Hoogstraten, Minderhout,
Weelde en Baarle- Hertog, voor zover het
betreft het gedeelte van deze laatste gemeente
nabij het station Weelde, met uitzondering van
alle enclaves van de gemeente Baarle- Hertog
gelegen binnen de gemeente Baarle-Nassau, en
met ingang van 1 februari 1971 te
benoemenHet voorstel van de
Belgische ambassade was letterlijk overge
nomen. Weelde was tweemaal genoemd en
Meerle vergeten. De omschrijving van de grens
bevatte een tegenstrijdigheid.
De reactie van de arrondissementscommissaris
op een hem toegezonden kopie van het KB
werd met verbazing gelezen. Hij schreef de
vrees te hebben dat men geen stap vooruit was
gekomen. Het toevertrouwen van de grensbe
paling van een gemengde commissie stoelde
op geen enkel verdrag of overeenkomst. Een
verzuim van de destijds benoemde
"Kommissarissen grenscheyders" moest
worden hersteld. En daartoe dienden commis
sarissen op dezelfde wijze benoemd te worden
en moesten die ook over dezelfde volmachten
kunnen beschikken.
Over in de tekst voorkomende fouten en tegen
strijdigheid (zie cursief) verder geen woord. Na
een briefwisseling werd het eindelijk duidelijk.
Er dienden bij KB commissarissen benoemd te
worden met dezelfde volmachten als genoemde
grensscheiders ingevolge art. 6 van het verdrag
van 19 april 1839 tussen Nederland en België.
Een verzuim van hen kon hierdoor worden
aangevuld. Dit verdrag door de gemachtigden
van de vorsten van Nederland en België werd
op 26 mei 1839 door Willem en op 28 mei
1839 door Leopold getekend. Zoals hun
"collega 's in 1843 beslissen de commissa
rissen soeverein. Er is geen bekrachtiging bij
wet nodig. Het proces-verbaal van de grensbe
paling, de plans en kaarten moeten een geheel
gaan uitmaken met de stukken bij de conventie
van Maastricht. Van Nederlandse zijde, werd in
afwachting van de derde zitting niets meer
ondernomen.
Op de zitting van 1 december 1971 te Baarle-
Nassau verscheen een grote Belgische
commissie. Het Belgische KB was op
19 september 1971 getekend en daarbij was de
Belgische commissie uitgebreid met de burge
meesters van de zeven overige gemeenten. De
voorzitter beschreef wat was vooraf gegaan aan
de ondertekening van het KB en betreurde het
dat opnieuw moest worden begonnen. Hij
verwachtte daarbij problemen in Den Haag en
gaf een concept voor een nieuwe tekst dat na
enkele wijzigingen werd goedgekeurd. De
burgemeester van Baarle-Nassau had bezwaren
tegen de tekst van het Belgische KB. Met twee
van zijn collega's wenste hij herziening van het
Belgische KB. Enkele Belgen deelden die
wensen niet. Afgesproken werd bij het proces
verbaal aan het slot aan te geven hoe over die
punten wordt gedacht maar dat in ieder geval
een poging tot herziening zal worden gedaan.
Voor wat betreft het in de vorige zitting
genoemde punt van de kosten werd voorgesteld
dat ieder land de helft van de totale grenslijn
50 km) opmeet en dat niet meer over kosten
wordt gesproken. In het terrein was men het
over een aantal grenspunten niet eens. De
commissie moet zich over die verschillen
uitspreken nadat de betreffende eigenaren erbij
zijn betrokken. Er zal een rooster voor terrein-
bezoek worden opgesteld. Ieder commissielid
moet maar beslissen of hij ter plaatse zal
verschijnen. De betrokken burgemeester zal
echter steeds aanwezig zijn.
Aan de voorzitter was de taak om zijn departe
mentsleiding en de commissaris der Koningin
in Noord-Brabant in te lichten over de
perikelen rond het KB en, na een toelichting, te
verzoeken de totstandkoming van een nieuw
KB te bevorderen. Daarbij verwees hij naar een
bijgevoegde ontwerptekst die in overeenstem
ming was met de op de derde zitting gefiat
teerde. Het zal duidelijk zijn dat, mede gezien
de sterkte van de tekst van het Belgische
besluit, het verzoek niet zonder meer werd