Dit artikel van Gert van Engelen is nuttig en
waardevol omdat het nu nog mogelijk was met
de 85-jarige zelf een gesprek te hebben en een
inzicht te krijgen in wat hem bewogen heeft.
De liefde voor het landschap en de natuurbe
scherming speelden daarbij een belangrijke rol.
Hij sloot zich vanaf het begin aan bij de
Waddenvereniging en ontwierp daarvoor een
logo dat nog gebruikt wordt. Later ging zijn
belangstelling vooral uit naar Schiermonnik
oog, dat hij zijn derde vaderland noemt.
Ondanks zijn liefde voor het landschap blijken
zijn kunstwerken toch meestal abstract te zijn.
Een van zijn werken hangt in het faculteitsge
bouw Geodesie. Het is jammer dat daarvan
geen foto is opgenomen in deze publicatie, een
nalatigheid? En wat gaat er met dit kunstwerk
gebeuren nu de geodetische opleiding inder
daad wordt opgeheven? Verdwijnt het dan
ergens in een Delftse kelder of blijft de band
met de geodesie op een of andere manier
bestaan?
Van Engelen heeft een beknopt maar toch
informatief artikel geschreven dat zeker het
lezen waard is.
H.J. Versfelt. De Hottinger-atlas van Noord
en Oost-Nederland. Groningen 2003, ISBN
90.806727.4.2. Een uitgave van de Drentse
Historische Vereniging.
Op deze kaart van Groningen zijn diverse lijnen i
zien die mogelijk verband houden met het meten
karteren.
In de periode 1773-1794 hebben militaire
ingenieurs grote delen van Noord- en Oost-
Nederland in kaart gebracht. Een deel van de
opnames is uitgevoerd onder verantwoording
van de van oorsprong Zwitserse kapitein
ingenieur .lan Hendrik Hottinger. Dit karte-
ringswerk resulteerde in fraaie handschrift-
kaarten die een goed beeld geven van het
landschap van ruim tweehonderd jaar geleden.
Deze militaire kaarten kwamen bij de Raad van
State terecht en werden bekend als de
Hottinger-atlas. Omdat de kaarten nooit in
druk zijn verschenen bleef de inhoud
onbekend. Dankzij deze uitgave van de Drentse
Historische Vereniging kan nu een groot
publiek met deze kaarten kennismaken.
De kaarten zijn op een groot formaat, 43 x
31 cm, in kleur afgebeeld. In een uitgebreide
inleiding wordt het militaire belang van het
gebied en de ontstaansgeschiedenis van de
kaarten beschreven.
De ingenieurs hebben op alle kaarten het
landschap op een schaal van een duim op
honderd Rijnlandse roeden 114 400) in kaart
gebracht. De oriëntatie verschilt echter. Bij de
kaarten van Overijssel en Gelderland is het
oosten boven, bij de kaarten van Drenthe en
Groningen ligt oostnoordoost boven. De
kaarten van Drenthe en Groningen hebben alle
dezelfde afmetingen. Dit maakte opname in
de atlas eenvoudig en kon de verkleining
beperkt blijven tot ongeveer 55%. Op een
van deze kaarten komt een schaallat voor
en bij opmeting blijkt de reproductie een
schaal van 1:26 700 te hebben.
De kaarten van Overijssel en Gelderland
hebben geheel verschillende afmetingen.
Oorspronkelijk waren het 29 kaarten.
Vanwege het onhandige formaat zijn ze
later versneden tot 90 kleinere kaarten,
deze hadden echter ook weer verschillende
afmetingen. Een eenduidige verkleining
voor opname in de atlas bleek niet
mogelijk. Met computertechnieken werd
een aantal van de 90 kleinere kaarten
aaneengevoegd of op een andere wijze
versneden en zo ontstonden 66 'nieuwe'
kaarten. Het resultaat is wel dat de schaal
van de kaarten niet gelijk is. Op 19 kaarten
komt een schaallat voor, ondergetekende