Grafmonumenten van Snellius in de Pieterskerk te Leiden In de Leidse Pieterskerk bevinden zich in de vloer een grafsteen en aan de wand een epitaaf (memorieschrift) van professor Willebrord Snellius (1580-1626), onder meer grondlegger van de graadmetingsmethode met behulp van trigonometrie. Bij het alsnog vernoemen van een universiteits gebouw naar deze hoogleraar is daar op 3 maart 2004 nadrukkelijk aandacht aan besteed.' Dc Pieterskerk is sinds 1975 multifunctioneel in gebruik en eigendom van een stichting. De kerk is momenteel weer in restauratie. Nog niet gepland is om de nodige restauratie van de voor geodeten beroemde epitaaf van Snellius ter hand te nemen. Alle reden dus voor aandacht in dit tijdschrift: in maart werd vanuit de universiteit voor zo'n restauratie ook samenwerking met de stichting De Hollandse Cirkel gesuggereerd. In de literatuur over de Pieterskerk blijken de Snelliusmonumenten er bekaaid van af te komen. Zou dat voor recente literatuur een gevolg zijn van de staat van met name de epitaaf? Sinds de 17e eeuw nam het toerisme in Neder land toe. Buitenlanders bewonderden de fraai aangelegde steden en kerkinterieurs. Graf monumenten van beroemdheden vormden een vast programma-onderdeel. Graftoerisme bloeide (en het praalgraf van Willem van Oranje in Delft was helemaal een funeraire trekpleister.)2 "Het ontbreekt niet aan buitenlanders, die de grafmo numenten komen bekijken," aldus een te Leiden uitgegeven franstalig werk uit 1651.3 De binnenstad van Leiden telt drie monumen tale oude kerken en met name de Pieterskerk kent een relatie met de universiteit. "De laat- gothische Pieterskerk vormt het indruk wekkende middelpunt van het centrum. In de serene ruimte zijn veel epitafen aangebracht van hoogleraren van de universiteit", aldus een landelijk monumentenboek.4 "De Pieterskerk te Leiden ontleent een groot deel van zijn bekendheid aan de graven van personen en zerken van bekende personen uit de geschiedenis, die binnen haar muren te vinden zijn", zo vermeldt een boekje van de stichting de Pieterskerk, dat overigens in haar voorbeelden Snellius niet noemt.5 "Nergens beter dan in de Pieterskerk te Leiden kan men de populariteit van de epitaaf als monument voor de overledenen en de variaties van de vormen in diverse perioden bekijken. Daar immers vindt men bijna twintig van dergelijke gedenktekenen", aldus een artikel dat - alweer - bij de voorbeelden ook niet die van Snellius Adri den Boer Bijna twintig epitafen Adri den Boer, Varia: Snellius weer vernoemd, in: De Hollandse Cirkel 2004-1p. 29/30 Nicole Ex en Frits Scholten, De Prins en de Keyser. Restauratie en geschiedenis van het grafmonument voor Willem van Oranje, Bussum 2001, p. 126 J. de Parival, Les délices de la Hollande, Leiden 1651 (geciteerd in [2]) N. de Roy van Zuydewijn, Met het oog op onderweg, Amsterdam 1975, p. 90 Graven in de Pieterskerk, Leiden 1981, p. 35 R.E.O. Ekkart, Epitafen in Hollandse kerken, in; Bulletin van de Stichting Oude Hollandse Kerken 10, 1980 62

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2004 | | pagina 24