Afb. 2. Het NCG-logo. ingevoerd in 1995. symboliseert de ruimtelijke geodesie in de digitale wereld. betrokkenen aanspreekbaar waren over aan hen toevertrouwde werkterreinen of sectoren van de geodesie; nieuw was ook dat voortaan, naast de rijks-, ook de lagere- en de semi-overheid in de commissie zou worden vertegenwoordigd en dat voorzitters van subcommissies als zodanig lid werden van de commissie. Subcommissies en werkgroepen moesten zich voortaan expliciet op semi-permanente basis bezighouden met deeltaken van de commissie, respectievelijk incidenteel en voor beperkte tijd met speciale opdrachten; en dit alles dus op het gebied van het fundamenteel en strategisch geodetisch onderzoek. Als gevolg daarvan werden, voortbouwend op de bestaande taakverdeling, nieuwe subcommissies met bijgestelde taken en benamingen ingesteld en werden twee werkgroepen opgeheven. De Werkgroep Toegepaste Ruimtegeodesie die zich dc laatste jaren onder meer had bezig gehouden met het verstrekken van praktische informatie over dc relaties tussen dc gangbare referentiesystemen, met GPS in GIS-toepas- singen en met de verbreiding van GPS-exper- tise in het algemeen in Nederland, kon in 1997 worden 'overgedaan' aan de NVG. Onder haar oude naam handhaafde dc werkgroep haar tweemaal per jaar verschijnende "GPS nieuws brief" met daarin informatie niet alleen over GPS, maar ook over soortgelijke ontwikke lingen, zoals het Russische GLONASS, het gecombineerde Global Navigation Satellite System (GNSS) en het Europese GALILEO in wording; dit laatste project genoot ook de aandacht van de commissie. Ter vervanging van dc Werkgroep Geschiedenis der Geodesie bewerkstelligde de NCG de oprichting in 1998 van Stichting De Hollandse Cirkel, gedragen door de NCG, de TU Delft, het ITC, de geode tische rijksdiensten, de VNBG en de Stichting Geodesia. Als nieuwe subcommissies kende de NCG voortaan Bodembeweging en zeespiegel variatie, Geo-informatiemodellen, Geometrische infrastructuur en Mariene geodesie. Deze, merendeels nieuwe, benamingen deden recht aan de taken waar de subcommissies voor tekenden. Om het speci fieke en beperkte karakter van een werkgroep te accentueren zou die voortaan 'taakgroep' worden genoemd. Naar en in het nieuwe millennium Overeenkomstig de aangescherpte regels voor het lidmaatschap, kreeg de NCG met ingang van 1997 een deels nieuwe samenstelling. De vernieuwde commissie kon aandacht besteden aan het werk van twee nieuwe taakgroepen. Een jaar eerder al was de Taakgroep Geodetisch Onderwijs ingesteld om het programma van een te vormen subcommissie als permanent overlegorgaan inzake het geode tisch onderwijs op de diverse niveaus (mbo, hbo, universitair) voor te bereiden; de Subcommissie Geodetisch Onderwijs kwam er in juni 1997. Geen fundamenteel, noch strate gisch onderzoek, en dus niet bij uitstek een aandachtsgebied van de NCG, maar wel een uitvloeisel van het NGP. Op voorstel van de inmiddels geruime tijd werkzame subcom missie besloot de NCG in juni 1999 Deloitte Touche Bakkenist Management 1CT Consultants, met financiële steun van andere partners in de geodetische wereld, opdracht te geven tot een onderzoek naar het toekomstig beroepsprofiel van de geodesie. De conclusies van het in november van dat jaar uitgebrachte rapport, met name de constatering van een 'verdampend beroepsprofiel', werden in mei 2000 wel door de NCG onderschreven, maar de gedane aanbevelingen - de geodesie zou een 'op synergie gerichte strategie' moeten volgen en moeten streven naar 'onderbrenging bij een basisdiscipline' - werden niet gevolgd. Met de decharge van de subcommissie in 2002 verdween het onderwijs voorlopig van de agenda. 84

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2004 | | pagina 10