velingen werden daarna op één concept-plan op schaal 1:5000 afgebeeld (zie figuur 6). Op dit kaartfragment zijn de namen van de gebruikers onderstreept en de namen van de eigenaren "niet onderstreept" vermeld. Eveneens zijn gebruikersgrenzen gestreept en eigendomsgrenzen met een dunne lijn getekend. In de vorm van een breuk zijn de globale kavelgrootte en de toe te delen schat tingswaarde aangegeven. - Aan de hand van dit waardebedrag werden vervolgens de kavelgrenzen op de werkplans II ingerekend en werden de uitzetgegevens van deze eigendomsgrenzen bepaald. Gelet op de omstandigheid, dat 224 nieuwe bedrijven op van derden gekochte landerijen waren gesticht en dat nieuwe hypotheken op bedrijfsgebouwen waren aangegaan waren hier en daar toch nieuwe eigendoms- en hypotheek- grenzen ontstaan rond erven van boerderijen. Omdat pas in een later stadium erfbeplantingen werden aangebracht was het uiteraard wense lijk genoemde grenzen aan te passen aan de omstreeks 1960 al volop in ontwikkeling Fig. 6. Eigendomsgrenzen van de blokken 16-4 en 16-5. zijnde erfbeplantingen. In 1961 werden daartoe een aantal van deze grenzen tussen deze beplantingen en landerijen opgemeten en als kavelgrens in het concept plan van toedeling opgenomen. Het uitzetten van de eigendoms grenzen had een wat ander verloop dan het uitzetten van de eerder genoemde tijdelijke en definitieve gebruiksgrenzen. Deze later gepro jecteerde eigendomsgrenzen werden in de jaren 1960-1961 in het terrein uitgezet (zie figuur 6). Een belangrijk verschil met het uitzetten van deze soorten kavelgrenzen was onder meer het volgende: De eigendomsgrenzen werden niet evenwijdig vanuit een in het terrein aanwezige blokgrens uitgezet maar vanuit de toen al gerealiseerde meetkundige grondslag. Was "evenwijdigheid" dan niet van belang voor de eigenaren van deze kavels Ja zeker wel en om die reden werd de volgende oplossing gevonden en toegepast Met een op het Werkplan II op de kavels gelegd transparant nomogram kon de correctie worden afgelezen, welke de uit te zetten kavel breedte moest ondergaan om deze te herleiden naar de in de meetlijnen langs weg en achter zijde uit te meten lengtes. Genoemde lengtes werden in de meetlijn ingedeeld op de eerder ingemeten maten van de gebruiksgrenzen. Op deze wijze konden eigendomsgrenzen vanuit de meetkundige grondslag worden uitgezet en werd toch aan de eis van evenwijdigheid voldaan. Hvpotheekgrenzen: De Herverkavelingswet zegt, analoog aan de eerdere ruilverkavelings wetgeving, dat de hypotheken overgaan op de kavels of gedeelten van de kavels enz. Het zou er derhalve op lijken, dat ook hypotheken zouden kunnen worden gevestigd op gedeelten van kavels. De mogelijkheid, dat hypotheken zouden kunnen overgaan op gedeelten van kavels zal wel van betekenis zijn voor hypotheken, die na de peildatum op delen van een perceel worden gevestigd. Maar bij het opmaken van het Plan van Toedeling is het altijd usance geweest om hypotheken te vestigen op gehele kavels. Om die reden worden dan ook kavels van een eigenaar gesplitst, teneinde de hypotheken op gehele kavels te kunnen vestigen. Tijdens de werkbe-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2004 | | pagina 22