Hydrografie, geodesie en metrieke stelsel in de eerste helft negentiende eeuw onder eenhoofdige leiding? een afstammeling van Karei de Grote. Deze graaf heeft een groot gedeelte van zijn latere jeugd vertoefd aan het Vlaamse hof te Gent in de omgeving van de St. Pietersabdij waarvan bekend is dat deze vele (land) goederen bezat. Zeer wel mogelijk is de maatvoering, de tienvoet hier afkomstig van een door graaf Dirk II vast gestelde voetmaat in navolging van romeinen en Karolingers. De laatsten waren koningen. Uitgaande van de tienvoetige koningsroede van 3,125 m heeft Van der Linden de oudste Hollandse systematische ontginningen in Duitsland bestudeerd aan de hand van topogra fische kaart van de omgeving van Bremen, eerste editie 1851, en is tot de conclusie gekomen dat het resultaat van Meitzens onder zoek niet strookt met zijn bevindingen, wat betreft een zogenaamde veel langere konings roede van wel 4,70 m, maar dat van de aanvang af de koningsroede uit het contract van 1113 de Esselijkerwoudse tienvoet is van 3,125 m. Het is bekend dat de Rijnlandse roede tegen over het buitenland en vooral tegenover de internationale geleerde wereld bij uitstek gold als de Nederlandse maat vóór de invoering van de meter en ook elders in Europa werd ge bruikt. Onder andere in Brandenburg - Pruisen in de 17e eeuw reeds op instigatie van de grote keurvorst Friedrich Wilhelm, gehuwd met Louise Henriëtte, dochter van Prins Frederik Hendrik. In 1682 eveneens in Denemarken, aldus Van Swinden. Toen bestonden er inten sieve contacten tussen Holland en de Scandina vische landen. Nu is het opmerkelijk dat hoe wel de Rijnlandse roede 12 voet lang is, een Duitse Lexikon van meer dan een eeuw oud in een overzicht van 'Nicht - metrische Mal3e, vor Einführung des metrischen Systems' voor Denemarken een roede vermeldt van 10 voet, totaal lang 313,85 cm, voor Noorwegen een roede van 10 voet, lengte 313,76 cm en voor Zweden een roede van 10 voet, lengte 296,90 cm. Deze maateenheden lijken in de verste verte niet op de Rijnlandse roede. Is Van Swinden onjuist? Een andere vraag: Kende Snellius met zijn klassieke opleiding - voertaal Latijn - de Romeinse roede van 10 voet niet? Voorts, waarom overgegaan in de 13e eeuw van 10 voet op 12 voet? Volgens Van der Linden zou het ontginningswerk gestagneerd hebben tussen 1163 en omstreeks 1200. Daarna zou de Rijnlandse 12 voet zijn gebruikt. Tenslotte: een recent artikel over de Romeinse Agrimensoren en hun meetproblemen is te vinden in het Zwitserse Tijdschrift Vermessung Photogrammetrie Kulturtechnik van januari 2003, nr. 1, blz. 14-19. N.B. Limiteers gebruikten vroeger een roede van 10 voet; de roedelengte zou 300 cm zijn. J. Mohrman Als ik drie artikelen uit het tijdschrift De Hollandse Cirkel oktober 2003 en april 2004 naast elkaar leg valt mij hierin een gemeen schappelijke factor op namelijk de weten schapper prof. J.H. van Swinden en de generaal/geodeet C.R.T. Krayenhoff. De bedoelde drie artikelen zijn, in chronologische volgorde: Mohrmann, Koninklijke Marine en zeevaartkunde 1787-1850, Aardoom, 2004: 125 jaar Nederlandse Commissie voor Graad meting, Waterpassing en Geodesie, en Zorn, Het metrieke stelsel en de Meridiaan van Parijs. Als vervolgens de trigoniometrische activiteiten in de Nederlandse vaarwateren van hydrografen A.A. Buyskes, J.C. Rijk en C.F Beautemps-Beaupré omstreeks 1800 ook hier 100

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2004 | | pagina 26