Voor u gelezen...
/--ff:
Schumacher, De kartering van Oost-
Friesland door Willem Pieter Camp 1798-1804,
in: Caert-Thresoor 2005-2, p. 45-51, los nr 8,-
In De Hollandse Cirkel 2001-3 staat op p. 6-11
een artikel van L. Aardoom getiteld: W. Camp,
de cartograaf van Oost-Friesland. Dit is
voornamelijk een levensbeschrijving van deze
bij ons betrekkelijk onbekende cartograaf-
ingenieur. Over zijn werk in Oost-Friesland
wordt weinig vermeld.
Dit artikel van Schumacher gaat juist wèl in op
dit werk, uitgevoerd door Camp en twee mede
werkers. De meetmethoden, het instrumentarium
en de triangulatie worden besproken. Camp
blijkt niet het principe 'van groot naar klein' te
hebben toegepast, maar voor de meetkundige
grondslag het gebied met driehoekskettingen te
hebben omsloten. Het is jammer, dat daar geen
afbeelding van is. Voor iemand die de topografie
van Oost-Friesland niet kent is het moeilijk om
de opzet van de meetkundige grondslag te
volgen. Besproken worden de door Camp
verrichte metingen, karteringen en aansluitingen
aan reeds bestaande netten. Belangwekkend is de
vermelding van de wetenschappelijke kritiek van
de wiskundige en geodeet Jabbo Oltmans op de
opzet van de metingen door Camp. Aardoom
noemt deze kritiek wel, maar gaat daar niet
verder op in. Hier wordt duidelijk wat die kritiek
behelst. De auteur gaat nader in op deze kritiek
en concludeert dat er inderdaad fouten in de
triangulatie zijn gemaakt en dat de kaart van
Oost-Friesland niet homogeen is. In feite bestaat
deze uit drie 'blokken', die ieder op zich redelijk
correct zijn, maar bij de overlappen verschillen
vertonen. In een nog te verschijnen publicatie zal
nader worden ingegaan op de betrouwbaarheid
van de kartering.
Al met al is dit een bijzonder interessante
publicatie en een welkome aanvulling op het
artikel van Aardoom.
Maili Blauw, Een aanschouwelijke voor
stelling van den waterstaat'. De Waterstaats-
kaart van Nederland, 1865-1992, in: Caert-
Thresoor 2005-4, p. 112-119, los nr 8,-
Dit artikel is een bewerking van delen uit het
boek Waterstaat in kaart. Geschiedenis van de
Waterstaatskaart van Nederland, 1865-1992.
Ook de illustraties zijn aan dit boek ontleend.
Aangezien deze publicatie geen nieuwe
aspecten vertoont wordt hier volstaan met de
verwijzing naar de bespreking van het
genoemde boekwerk door Adri den Boer in De
Hollandse Cirkel 2004-1, p. 36-38.
Adri den Boer, Landmeetoefeningen nabij de
Goudse kazerne anno 1866 en 1867, in: De
Schatkamer, Regionaal-historisch tijdschrift
Midden-Holland, 2005-3, p. 80-84, los nr 3,-
In het Legermuseum te Delft bevindt zich een
tweetal manuscriptkaarten, vervaardigd door de
sergeant J. Woutersen in 1866 en 1867. In de
19e eeuw waren landmeetkunde en cartografie
belangrijke onderdelen van de opleiding van de
cadetten aan de KMA te Breda. Uitmuntende
onderofficieren konden langs een andere weg
ook toegelaten worden tot het officiersexamen.
Bij deze cursus behoorde ook het landmeten.
De genoemde kaarten hebben geen geografische
titel, maar bevatten wel enige informatie waaruit
blijkt dat het hier twee stukjes grond bij Gouda
betreft. Volgens Den Boer zijn het twee stukken,
die min of meer in eikaars verlengde, liggen
nabij het station van Gouda. Eén kaart is het
resultaat van een planchetmeting, de andere
kaart is gemaakt 'op den pas en het oog'. Op
beide kaarten zijn fragmenten van de spoorlijn
9 P u n T I R u
v
P IA V C HIT ,3
28