kavels bestaande uit twee stukken, meestal 60 en 15 gemeten. Voor de toedeling plaats vond werd er een grondonderzoek gedaan en werd de grond verdeeld in twee kwaliteitsklassen: hoofdland, dat waren de betere gronden, en volgerland, bestaande uit de overige gronden. Bij de toedeling kreeg elke deelnemer porties van ongeveer gelijke totaalkwaliteit toe gewezen. Ernstige verschillen werden meestal door een geldbedrag gecompenseerd. Daarna werd er een kavelkaart gemaakt, waarop de kavelindeling met kavelnummers werd aan gegeven. De toewijzing geschiedde door middel van loting. Het lijkt er op dat we hier te maken hebben met zo'n kavelkaart (met daar aan toegevoegd de namen van de eigenaars), want er zijn nergens huizen of boerderijen getekend, alleen in het zuiden een molen. De kavelsloten zijn slechts door enkele lijnen aangegeven. Ook is er geen vermelding of aanduiding van het dorp Ruigenhil (het latere Willemstad). Bekijkt men de kaart, dan blijven er toch nog wat vragen over: één daarvan is de vraag hoe exact de vermelde oppervlakten zijn. In het blok rechtsboven staan drie kavels van 75 gemeten en een van 60 aangegeven. Bij het blok ernaast zien we, tot de kreek, een kavel van 75 gemeten aangegeven en vier van 60. Rekening houdend met het feit dat de dijk een onregelmatig verloop heeft is het een praktisch onmogelijke taak om een toedelingsplan te maken met een rechtlijnig wegenplan en een kavelindeling waarbij de kavels precies de aangegeven grootte hebben. We mogen dus aannemen dat de vermelde oppervlakten benaderingswaarden zijn, maar dat brengt ons gelijk bij de volgende vraag: waarom zijn er dan een paar kavels waarbij het oppervlak in gemeten én (vierkante) roeden staat aan gegeven? Zie de nummers 3, 35 en 36. Hoe het ook zij, een moderne ruilverkavelings landmeter zou een computerprogramma nodig hebben om dit wegen- en kavelplan te maken. Jan Symonsz had geen enkel rekenhulpmiddel tot zijn beschikking, de logaritme moest zelfs nog uitgevonden worden! Over het gebruikte instrumentarium is niets bekend. Het op de kaart aangegeven noorden wijkt ongeveer 11 graden oostelijk af van het ware noorden. Dit komt overeen met de bekende miswijzing van het magnetische noorden omstreeks 1560 in Brabant en Oost-Vlaanderen.11 Symonsz heeft dus een kompas of kompasinstrument gebruikt. Het dorp Ruigenhil In de polder Ruigenhil stichtte de markies een gelijknamig dorp. Op 14 maart 1565 besloot de Bergse Domeinraad, onder voorzitterschap van de markies, dat twee weken later de percelen voor het nieuwe dorp moesten worden uit gemeten. De percelen zouden als grondcijns (erfpacht) een halve stuiver per vierkante roede moeten opbrengen en de pachters waren verplicht binnen driejaar een huis te bouwen. Jan Symonsz kreeg opdracht een grondplan voor het dorp te maken, naar dit plan moesten de straten worden afgepaald en de kavels worden uitgebakend.12 Ook hier werd een rationele verkaveling nagestreefd. Het dorp behoorde tot, wat we nu noemen, het Flakkeese type. Haaks op de polderdijk kwam de Voorstraat, die eindigde bij de Kerkring, deze kon ook vierkant zijn. Hier moest later de kerk gebouwd worden. Aan de Voorstraat stonden de huizen. Evenwijdig aan die straat waren er twee Achterstraten, waar de schuren moesten komen. Andere dorpen van dit type zijn Sommelsdijk, Middelharnis en Ooltgensplaat op Overflakkee, vandaar de naam, en verder onder meer Colijnsplaat op Noord-Beveland en de nabij gelegen dorpen Standdaarbuiten en Fijnaart. Het lijkt er dus op dat de landmeter ook hier voorgeschreven kreeg hoe het plan in grote lijnen moest worden. Jan Symonsz maakte in 1570 een kaart van het dorp Ruigenhil (afb. 3).13 We zien hier dat slechts bij één achterstraat schuurtjes of huisjes zijn getekend, het "kerckhof" is nog leeg en aan de waterkant is een haventje gekomen met 11 C. Koeman en J.C. Visser - De stadsplattegronden van Jacob van Deventer. Map 1. Landssmeer/Alphen aan den Rijn 1992. Zie bij: Algemene beschrijving van de kaarten, de paragraaf over oriëntatie. 12 Slootmans (1946) blz. 27 13 Nationaal Archief, Nassau Domein Archief folio 881 nr. VIII 114

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2006 | | pagina 16