van Suriname en Curasao was meestal een
vlag- of opperofficier. In de periode 1838-1842
bekleedde de voormalige hydrograaf J.C. Rijk
(1787-1854) deze post. Zijn rechterhand, de
Commandant Zeemacht Nederlands West-
Indië, had de beschikking over zo'n tiental
marineschepen, die door hem verdeeld werden
over de diverse stations. Alle commandanten
van oorlogsschepen waren gekwalificeerd voor
het uitvoeren van standaard hydrografische
metingen. Commandanten hadden reeds
ervaring opgedaan bij de hydrografisch werk
zaamheden in Nederland of in de Oost. (Zie de
bijlage, waarin een tiental hydrografen
genoemd worden met hun hydrografische
publicaties over West-Indië).
De meest bekende landmacht-topograaf uit
deze tijd, werkzaam in Suriname in de periode
1846-1855, was kapitein jhr. C.A. van
Sypesteyn (1823-1892). Van hem zijn zowel
publicaties als kaarten bewaard gebleven.4 De
op gemeenschappelijke triangulatiepunten
gebaseerde hydro- en topografische kaarten
kunnen gezien worden als de start van de
triangulatie van Nederlands West-Indië.5
Opmerkelijk is dat Bubberman in zijn gedegen,
in noot 5 genoemde, studie nooit verbanden
heeft gelegd tussen de Lengtegraadcommissie,
professor F. Kaiser als Nederlands regerings
vertegenwoordiger in de Royal Astronomical
Society, de landmacht-topografen, de marine-
hydrografen en de wereldwijde triangulatie.
Primaire triangulatiepunten in Nederlands
West-Indië
Net als in de Oost werden ook in de West eerst
een aantal halftrigonometrische kaarten
gemaakt. Dit wil zeggen dat markante berg
toppen en strategisch gelegen forten van meet
af aan de primaire triangulatiepunten waren.
Omdat forten zicht hadden op de aanlooproute
van een haven of op de ankerplaats koos men,
wereldwijd, bijna altijd de vlaggenmast van
zo'n fort als primair triangulatiepunt. Met het
bovenstaande in het achterhoofd kan de na
volgende tabel samengesteld worden.
Bovenstaande opsomming is slechts een
summiere weergave van het werkelijke aantal
primaire triangulatiepunten. De marine-
officier/hydrograaf R baron Melvill van
Carnbee (1816-1856) geeft een uitgebreid
overzicht in het door hem geredigeerde
tijdschrift le Moniteur des Indes-Orientales et
Occidentales (1846-1847) 128-132.
De oudste primaire triangulatiepunten van Nederlands West- Indië:
Paramaribo
Fort Zeelandia (Paramaribo) en Fort Nieuw Amsterdam aan
de oostoever van de Suriname rivier, dichter bij de zee
gelegen dan Zeelandia.
Aruba
Fort Zoutman en vuurtoren 1838, de Flooiberg
Bonaire of destijds Buon-ayre
Willemstoren, ontstoken op 24 augustus 1838 (verjaardag van
Koning Willem I)
Curasao
Fort Amsterdam, Fort Nassau, havenlicht Rif fort, de
Christoffelberg en de Tafelberg
St. Maarten
Fort Nassau en fort Amsterdam
St. Eustatius
Fort Oranje en het waterfort Amsterdam
Saba
De vulkaan van 870 meter hoog
4 C.A. van Sypesteyn, Beschrijving van Suriname, historisch-, geographisch- en statistisch overzicht uit officiële bronnen bijeen
gebracht. (1854). Uit officiële bronnen: dit hield in dat Van Sypesteyn kennis had van de hydrografische gegevens en de ver
lichting ten behoeve van zeevarenden west en oost van de Surinamerivier, Purmerend en Leyden geheten, in zijn kaart opnam.
5 F.C. Bubberman. Schakels met het verleden. De geschiedenis van de kartografie van Suriname 7500-7977. (1973). Bubberman
kaart 18 is een reprint van Van Sypesteyns belangrijkste Suriname-kaart (1855). Kaart 38 is een reprint van de kustkaart van
Suriname (1845), gemaakt door de marineofficier/hydrograaf J. Vos.
122