controle op metingen met invardraden.
De meting met de invardraden vond plaats in
augustus en september in 1965. Het was goed
weer om te meten, met een zuidwesten wind,
dus in de lengterichting van de basis. Er zijn
slechts twee dagen uitgevallen door
ongeschikte weersomstandigheden, voorname
lijk mist. Bij de uitvoering van de meting
waren naast ir. Bakker en ir. Krijger ook weer
ir. Haarsma en ir. De Munck betrokken, die
ook in 1957 bij de meting op de Loenermark
hadden deelgenomen aan de meetwerkzaam-
heden. Ir. Haarsma was deze keer de coördi
nator.
De locale omstandigheden voor het meten van
de basis op de Afsluitdijk waren bijzonder
gunstig. In de grasberm tussen het fietspad en
de tuimeldijk vormden enkele militaire obsta
kels de enige terreinhindemis. Deze mochten
tijdelijk worden verwijderd. Als eindpunten
werden de sluistorens van de Stevin- en
Lorentzsluizen gekozen. Daarmee werden
kostbare bebouwingen vermeden. Als verzeke
ring werden op beide sluistorens permanente
meetpijlers gemetseld en werden in de voet
verzekeringsbouten aangebracht. Wanneer op
de pijlers wordt afgesloten, wordt de basis
echter op twee plaatsen geknikt. Beide
knikpunten liggen op ongeveer 2 kilometer van
de Lorentzsluis. Vanaf dit basisuiteinde kunnen
de knikken door hoekmeting worden vastge
legd aan de verbindingslijn van de eindpijlers
(afb. 11). Bebouwing van de knikpunten werd
niet nodig geacht.
De metingen werden uitgevoerd door vier
meetploegen. Eén ploeg werd gevormd door
medewerkers van het "Deutsches Geodatisches
Forschungsinstitut" uit München, aangevuld
met drie studenten geodesie van de TU in
Delft. Een tweede ploeg bestond uit medewer
kers van de Rijksdriehoeksmeting. De derde
ploeg bestond uit studenten geodesie van de
TU-Delft en de vierde ploeg betrof buiten
dienstmedewerkers van het Kadaster uit
Leeuwarden.
Van de gehele meting is in 1965 in opdracht
van de NCG een film gemaakt. Deze is
vertoond als onderdeel van de voordracht die
werd gehouden op de donateursdag van stich
ting De Hollandse Cirkel op 26 oktober 2006
bij het KNMI. Behalve de meting op de
Afsluitdijk zaten er ook beelden in van de
basismeting in Stroe en van het kalibreren van
de invardraden op de Loenermark.
Memorabel is tenslotte nog het feit dat het
Kadaster in 1987 eigenlijk nog een vierde
basismeting heeft uitgevoerd op de Afsluitdijk.
Daar waren onder andere de toenmalige RD-
medewerkers Joop van Buren en dr.ir. Frits
Brouwer bij betrokken. De metingen werden
gedaan met GPS-ontvangers met de bedoeling
om daar eventuele afstandsaflhankelijkheid van
GPS-metingen mee aan te tonen. De techniek
rond het meten met GPS ontwikkelde zich
echter zó snel, dat de uitwerking van de resul
taten van de metingen niet meer is uitgevoerd.
Het project was ingehaald door de tijd.
Geraadpleegde literatuur:
- Basismeting bij Stroe 1913 door
Hk.J. Heuvelink (1932)
- Standard base "Loenermark" by
G.J. Bruins (1964)
- Rapport over het meten van een basis in
noord-west Nederland door W. Baarda 1964)
- Measurement of the base and base extension
net "Afsluitdijk" by G. Bakker, M. Haarsma,
B.G.K. Krijger en J.C. de Munck (1972)
- Remeasurement of the standard base line
Loenermark by Tauno Honkasalo (1971)
Afb. 11. Gemeten richtingen eindpijlers basismeting Afsluitdijk
Stevinsluizen Lorentzsluizen
10