Varia: tuin vernield voor Topografische Dienst slaan, en nauwkeurig acht geven, dat dezelven allen egaal, en op het Generaal Peil van Schieland zijn gestelt, de Peil Bouten te meten bovenkants Het Generaal Peil van Schieland was het Rottepeil (1908: 0.603 m - NAP), dat zeker nog tot bij de dijkbewaking bij de stormvloed van 1953 als referentie werd gebruikt!3 Het peil werd volgens besluit van dijkgraaf en hoogheemraden van 1719 aange wezen door "het ondervlak van een vierkanten ijzeren bout gesteld in de Zuid Oostelijke vleugel van de Blaauwe Brug te Rotterdam .4 Tractement Eerder is al geconstateerd, dat bij water schappen de term 'fabriek-landmeter' de taak als landmeter ging overschatten.5 Artikel 48 nu van deze instructie uit geeft dat uniek kwantita tief aan: "Hij zal Jaarlijks uit de Gemeene- lands Rekening van Schieland, als Fabrijk, tot een tractement genieten f800:- en als Landmeter Jaarlijks Tien Guldens Daarnaast had hij nog 250 gulden per jaar als fabriek van de Hooge Boezemwerken. Dat is anno 1817, en dus nog voor het interdeparte mentaal aanbod van rijksdiensten met Kadastrale kaarten, Rivierkaarten, Waterstaats- kaarten, Topografische Kaarten en het (N)AP- peilmerkennet de behoefte aan eigen landmeet kundig werk zal relativeren! (In 1875 zal zo van Schieland zelfs een kaart 'naar de kadastrale plannen' verschijnen.6) De vaststelling van een nieuwe instructie was niet op een toevallig moment. Jan Arent Scholten (1793-1876) werd in 1817 de nieuwe fabriek-landmeter van Schieland en zou tot 1863 verantwoordelijk zijn voor de hele water huishouding en de civieltechnische projecten van het hoogheemraadschap. Hij ontwierp sluizen, molens en gemalen en droeg bij aan het befaamde Rotterdamse Waterproject.7 De inventaris van het oud-archief van Schie land bevat van hem vooral kaarten waarvoor niet zal zijn gemeten.8 "In 1861-62 werd de groote tuin helaas vernield en daarin door den toenmaligen Landsbouw- meester N.W. Rose, een gebouw gezet voor den Topografischen en Geneeskundigen Dienst, breed 16.80 M., lang 37.4 M. hoog meerdere verdiepingen, hetgeen 147.576,37 heeft gekost, terwijl het laatste overgeblevene stukje tuin, ge legen achter het bijbehorend aangrenzend huis links, in 1879 werd bezet met een bergplaats voor lithografische steenen." Uit: C.H. Peters, Het logement der stad Rotterdam te 's-Gravenhage, in: Rotterdams Jaarboekje 1917, p. 112/113 Sinds 1818 is het voormalig logement der stad Rotterdam aan het Plein te 's-Gravenhage in gebruik als departement van Oorlog resp. Defensie. Zonder dat gesproken wordt over het vernielen van de tuin, staan er veel bijzonder heden over de bouw/uitbreiding van het Departement van Oorlog en het Topographisch Bureau in: Plein 4. De geschiedenis van een logement en een departement, een uitgave van de Sectie Militaire Geschiedenis - Koninklijke Landmacht, Den Haag 1996. 3 Adri den Boer, Het Rottepeil, in: Geodesia 1997-10, p. 463-465 4 J.A. Scholten, Korte Schets van het Hoogheemraadschap van Schieland, hss Schieland 1832 5 Adri den Boer, Is er nog een fabriek-landmeter?, in: Geo-info 2005-4, p. 182/183 6 Oud-archief Schieland, inv.nr. 974 7 Willem van der Ham (red.), Hoge dijken diepe gronden. Land en water tussen Rotterdam en Gouda, Utrecht 2004; H.E.M. Berens, W.N. Rose 1801-1877, Rotterdam 2001 (met op p. 85 foto van Jan Arent Scholten Hzn) Oud-archief Schieland inv.nrs. 971, 972 en 2721 18

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2007 | | pagina 20