Caert-Thresoor 2007-1 laten inrichten. Met een krijtje wordt een wit vlak gemaakt en met een spijkertje door het gaatje van het meterteken maakt men een krasje in dit krijtteken. Een andere helper houdt onder tussen met een unster de meetband op 10 kg trekkracht gespannen. Dan komt de tweede man door om hier met nul vast te houden, waarna de eerste man en de opzichter samen bij het afgelode punt aan de theodoliet de uiteindelijke lengte meten. Naschrift Het is 40 jaar geleden en het meten heeft ook een geweldige vlucht genomen. Ik kijk wel eens door het instrument van een moderne theodoliet. Hier wordt alleen aangevizierd en de meting gebeurt verder automatisch. Ik herinner me nog het begin van de computer. In plaats van onze leren mappen kregen we naar ondergronds hoekkaarten mee met een ge magnetiseerd potlood. De gemeten hoeken werden aangekruist en de kaarten gingen naar het hoofdbureau, waar ze via een ponsmachine en een tien meter lange computer tot grote vellen met coördinaatberekeningen verwerkt werden. Het rekenwerk en de lol was er een beetje af... Afb. 9. Kerstmis 1967, de 'Boetbaas'wilde bij mijn afscheid van het ondergronds bedrijf nog een laatste herinneringsfoto laten maken van ons beiden. Afb. 10. Afscheidsfoto van de hele ploeg: Louis Cordewener, Wim Schoenmaekers, Hub Bevk, Jan Hendriks, Jacob Wijnen en, half weg gedraaid, Zef Marell. Jo Bus poogt Werner Janssens te wurgen (niet gelukt). Uitgave 2007-1 van het tijdschrift Caert-Thresoor bevat onder meer de volgende bijdragen: 'Aard- en hemelglobes in de Antwerpse schilderkunst' door Frans Depuydt 'Een atlas van Gelderland door Jacob van Biesen (Arnhem 1672)' door Peter H. Meurer 'De Atlas van de Nederlandse Ontdekkingen van Bennet en Van Wijk (1829)' door Ferjan Ormeling Informatie: www.maphist.nl/ct 59

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2007 | | pagina 26