"Om it hiele gebiet droech lizze te kinnen, moast it polderpeil ferlege wurde nei 75 sintimeter ünder Fries Zomer Peil (om het gehele gebied te kunnen droogleggen moest het polderpeil verlaagd worden naar 75 centimeter onder Fries Zomerpeil). Hieruit blijkt, dat in 1926 het FZP nog uit gebreid werd gehanteerd bij de beschrijving van het waterpeil ter plaatse en ook bij de omschrijving van plannen ter verbetering van de waterhuishouding. Het FZP werd ook gebruikt tijdens de voorbereiding en uitvoering van de tientallen grote ruilverkavelingen die in de laatste decennia van de vorige eeuw werden uitgevoerd. Dit getuigen tekstfragmenten van de bladzijden 29 en 30 uit het rapport ex artikel 34 dat eind vijftiger jaren van de vorige eeuw van de ruilverkaveling Koningsdiep werd opgesteld. In genoemd rapport werd het FZP nog als norm voor de beschrijving van water hoogten gebruikt: "...waardoor zich zeer hoge waterstanden, tot 0.80 m FZP 0.14 N.A.P.), kunnen voordoen." Ook in tabel IX van hetzelfde rapport waarin waterhoogten werden vermeld, is het FZP het peil dat als meetvlak voor de vermelde boezemstanden werd ge bruikt (afb. 3). Ajb. 3. Boezemstanden t.o.v. FZP Samengevat kan gesteld worden dat het FZP tot aan het einde van de vorige eeuw - afgezien van de het NAP-beherende Rijkswaterstaat - in Friesland als meetvlak voor de bepaling van waterhoogten werd gebruikt. Uit de rapporten van latere ruilverkavelingen, zoals dat van de ruilverkaveling Oost- en Westdongeradeel van mei 1970, blijkt dat men in dat jaar er al is toe overgegaan het NAP als peilvlak te gebruiken. De peilmerksteen van Roodkerk De kerk van Roodkerk herbergt een interessant geodetisch kenmerk, waar in het vorig nummer al enige aandacht aan werd besteed. Het is een in de zuidmuur ingemetselde peilmerksteen, waar op een ingebeitelde streep het hoogte verschil is aangegeven ten opzichte van het AP en het ZP. De steen is nummer 108 uit het Register van peilschalen, hakkelbouten en andere ver- kenmerken in de provincie Friesland van Mulder en Van Capellen uit 1872 met 586 verkenmerken met AP-hoogten. Het register vermeldt alleen de AP-hoogte van 2.95 m en geeft als plaatsbeschrijving op de kerk van Roodkerk (gem. Dantumadeel): "In den zuidelijken muur, 1,24 M beoosten den dag van den ingang." De vermelding van ZP op de steen is de af korting van zomerpeil en betreft in feite het FZP zoals dat tot aan het einde van de vorige eeuw in Friesland door provinciale waterstaat en waterschappen werd gebruikt om plaatselijk de verschillen in waterhoogten ten opzichte van dit peilvlak van de Friese Boezem te kunnen waarnemen. Het FZP is, zoals hiervoor al werd beschreven, vastgesteld op - 0,66 cm NAP en verschilt duidelijk met het verschil tussen de ingebeitelde waarden van AP en ZP van - 0.42 centimeter. Bij de ingekapte peil- streep zijn de bijbehorende waterhoogten als volgt ingebeiteld: 2 M 95 cM BOVEN A.P. 3 M 37 cM BOVEN Z.P. Tijdens het raadplegen van het standaardwerk over de cultuurgeschiedenis van de Noord- friese kerken van dr. Herma van den Berg bleek dat zij uitgebreid in haar deel over de kerken van Dantumadeel ook de kerk van Roodkerk beschrijft. Zij rept echter niet over de in de 19de eeuw al ingemetselde peilmerksteen die in haar boek op de afgedrukte tekening van de tekenaar A. Martin, die van 1848 tot 1875 in Friesland verbleef, duidelijk is ingetekend. Vermoedelijk heeft hij de tekening, met hierop de bewuste peilmerksteen, in de periode tussen 1870 en 1875 gemaakt, in welke periode de eerste waterpassingen ten behoeve van de TABEL IX. Boezemstanden Buitenstverlaat (1933 t/m 1957). Maand 0.40 m 0.70 m PZP 0.70 m of hoger Opmerkingen jan. febr. 36 dagen 27 dagen 1 dag FZP=0.66 m - nap mrt 20 dagen april 2 dagen nov, dec. 7 dagen 14 dagen 1 waarneming 1957 ont breekt. Gem. 22 dagen per jaar 1 dag p. 5 jaar 67

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2007 | | pagina 33