19de eeuwse 'droge' en 'natte' reflectie-instrumenten Uitgaande van de veronderstelling dat er vanaf het einde van de 18de eeuw - als vervolg op de door H.C. Pouls beschreven Hollandse cirkel - een natte en een droge 'lijn' draagbare reflectie instrumenten voor de triangulatie ontwikkeld werd, ziet de vroeg-19de eeuwse situatie er als volgt uit.' De droge 'lijnvan draagbare astronomische cirkels Onder de droge 'lijn' worden hier verstaan de 19e eeuwse hoekmeetinstrumenten die gebruikt werden voor de triangulatiewerkzaamheden op het land. De tweede groep, de natte 'lijn', zijn de instrumenten die gebruikt werden door hydrografen aan boord van marineschepen. Eén der meest gedetailleerde boeken die met name de werking en de verificatie van deze hoekmeetwerktuigen beschrijft, is van de Duitse astronoom professor L. Ambronn (1854-1930).2 Ambronn was verbonden aan de sterrenwacht van Göttingen, zijn "Handbuch is één der belangrijkste 19e eeuwse naslagwerken voor het onderwerp "Rejlexionsinstrumente Naast veel techniek en fysica laat Ambronn duidelijk zien dat er rond 1800 door hydrogafen en geodeten verschillende instrumenten gebruikt werden, die met elkaar gemeen hadden dat ze allebei met de hoogst haalbare nauwkeurigheid hoeken maten en beide bij een nationale sterrenwacht, met behulp van een verdeelmachine, geverifieerd moesten worden. De aankoop en verificatie van alle instrumenten ten behoeve van de triangu latie stond onder leiding van een nationale Lengtegraadcommissie. De Duitse astronoom Tobias Mayer (1723-1762) kwam in 1750 als eerste met het idee van een draagbare reflectiecirkel. Mayers cirkel van 1770 (afb. 1) kan gezien worden als de eerste representant van de droge 'lijn'. Zijn idee werd Afb. 1. De reflectie cirkel van Tobias Mayer uit 1770, hier de eerste representant van de droge 'lijn 'hoekmeetinstrumenten genoemd. Bron: Repsold fig. 123 overgenomen door J.C. de Borda (1733-1799), een Frans marineofficier/hydrograaf die in 1775 de uitvinder was van de naar hem genoemde hydrografische cirkel. Deze cirkel kan bij de vergelijking van natte en droge instrumenten gezien worden als de eerste representant van de natte 'lijn' (afb. 2). Borda speelde in de laatste jaren van zijn leven een belangrijke rol bij de invoering van het decimale stelsel, waardoor zijn, na de hydrografische cirkel ontwikkelde Jeroen Mohrmann Tob. Mayer's Spiegelkreis, 1770, nach Mayer, Tabulae Solis. 1 Dit artikel is geschreven in samenhang met de publicaties van H.C. Pouls in DHC dec. 2006 en De landmeter Jan Pietersz. Dou en de Hollandse cirkel (2004), NCG/KNAW publicatie no 41, en van J.M. Mohrmann DHC okt. 2003, dec. 2004, sept, en dec. 2006. 2 L. Ambronn. Handbuch der Astronomischen Instrumentenkunde. Eine Beschreibung der astronomischen Beobachtungen benutzten Instrumente sowle Erlauterung der Ihrem Bau, Ihrer Anwendung und Aufstellung zu Grunde liegenden Principen. (1899). Twee banden met totaal 1276 pagina's en 1185 afbeeldingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2007 | | pagina 39