e ik die nu had plaijsier in de Geometria waardig ik die had last om te zien 't Landmeten goed en aardig ik die nu wensche ookte hebben wel gedaan en bij mijn meester zelfsdaarmee ook te volstaan en ziet niet op 't gebrekalleen maar op den Grond mij mierden bij den ploegen bij de paarden vond als dat ik gestadig was in hoog geleerde boeken om een hand van alle ding te leren onder zoeken maar even deze konstkan ik met volle maat oordelen met bescheiden brengen tot den daad en gij o lieve godhebt mij nog willen spaaren zodat mij in de konstveel vreugd is mogen vaaren daarvoor zoo zeg ik dankaan u o lieve Heer wil mij genaadig zijn verlaat mij nimmermeer TOTX>\'- om /O-V /t' AW4 - Afb. 2. Inleiding/kwadraten Daar gij mij lieve godwilt gunnen voor mijn loon Des Hemels paradijs en Jezus tot mijn kroon En toonen mij die gunstgelijk een vader plagt Opdat ik als een kindu Eeuwig dienen mag De studiestof Honderd acht en twintig bladzijden geven de gehele studiestof weer. Hoofdstuk 1 heeft als titel: Inleiding tot de Geometria, en bevat een verhandeling over kwadraten, worteltrekken, radix quadraat uit gebroken getallen, en multiplicatie van roeden, voeten en duymen: "om te extraheren, radix uijt quadraat ofte den vierkanten wortel uit eenige getal van quadraat, roeden, voeten en duimen, alsmede om de Radix Oubie te extra heren gevolgd door een grondige uitleg: Een quadraat ofte vierkantig getal is 't welk voorkoomt als men multipliceert, eenig getal in zig zelfs, gelijk bijvoorbeeld 3 maal 3 is 9, is een quadraat getal; 4 maal 4 is 16, is mede een quadraat getal; en 5 maal 5 is dus mede een quadraat getal, enzovoorts. Behalve deze omslachtige omschrijving is het principe daaronder ook nog eens in een soort telraam uitgelegd (afb. 2). Als waarschuwing wordt nog toegevoegd dat, als je bij het rekenen van roeden uitgaat, de uitkomst ook in roeden zal zijn, eveneens zo bij voeten en duijmen. Er volgen nu een serie onderwerpen met de nodige rekenvoorbeelden onder de benaming: Exempelen op de extractie, met onder andere wortel- en kwadraatproblematiek toegepast op ruimtelijke figuren met inhouden, en het munipliceren van roeden, voeten en duijmen, want dat is natuurlijk niet zo eenvoudig als in het tiendelig stelsel. Maar dat wist Jacobus toen nog niet. Dan komt een groot hoofdstuk aan de orde, getiteld: Grondbeginselen der Meetkunde van Euclides (1' boek) (afb. 3). Het behandelt de begrippen punten, lijnen, vlakken, lengte, breedte, veelhoeken, hoeken, cirkels en cirkelbogen. Voorbeeld: een driezijdig figuur is welke met drie regte limieten besloten is, en: een plat of effen vlak is dat gelijk tussen zijn linieën begrepen is. Het iyk'/.rafirtren ;?/r'otJc Vi* tfci ï/t/öf •fo/t/ ^//n.'nVnf '/r/t'M 3' "V 6 4 .9 y ./C j ff 3C dj 6i 4.'

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2007 | | pagina 30