polderwegen in het centrum van die regio is
onveranderd gebleven sinds Mogge het met
meetketting en landmeterskruis heeft uitge
meten", aldus de auteur, en zou een
Hollandse Cirkel echt in zijn kist hebben
ontbroken?
- Martijn Storms, 'Op ieder particuliere caart
zal een compas moeten geteikent werden
De kompasroos op prekadastrale kaarten in
Nederland - p. 373-384. De conservator
kaarten en atlassen van de UB Leiden geeft
in deze bijdrage met 16 afbeeldingen veel
informatie. Hij constateert onder andere dat
voor gebruik van perceelkaarten detaillering
van de kompasroos niet nodig was.
Landmeters deden dat toch om hun artistieke
en wiskundige vaardigheden te etaleren en
indruk te maken. Thomas Witteroos, de eerste
gezworen landmeter van Gelre in de 16°
eeuw, kleurde zijn kompasrozen doorgaans
niet in! Pieter Wils uit de 17e eeuw gebruikte
heel doelmatig 'opplakrozen' en Johannes
Baptiste Adan heuse mallen.
Mappae Antiquae als geheel bevat teksten in
het Engels, Nederlands, Duits en Frans. Aan het
slot is van alle bijdragen een Engelstalige
samenvatting toegevoegd. Het enige foutje dat
mij opviel was dat de Alphabetical list of
contributors de bijdrage van De Vries op p. 241
i.p.v. p. 251 laat beginnen... Het geheel is een
prachtboek, maar gezien de prijs koos ik toch
voor raadpleging in een bibliotheek.
Aanbevolen!
Roel Pots e.a., Blauwe ader
van de Bollenstreek. 350
jaar Haarlemmertrekvaart-
Leidsevaart 1657-2007,
Leiden 2007,
ISBN: 978-90-5997-047-2,
160 p., 19,50
Dit jubileumboek van de vaart - met dankzij
subsidies 200 illustraties in kleur - is tot stand
gekomen op initiatief van het Provinciaal
Historisch Centrum Zuid-Holland van het
Erfgoedhuis Zuid-Holland en het Cultuur
Historisch Genootschap Duin- en Bollenstreek.
Zeven auteurs belichten diverse aspecten van de
Trekvaart, variërend van de vaart als onderdeel
van het trekvaartennetwerk dat vanaf de zeven
tiende eeuw als een eerste openbaarvervoer
systeem in Nederland tot stand kwam, tot de
aanleg, het gebruik en het beheer. "Alvorens
met graven te kunnen beginnen, moest het
nodige worden geregeld. Als eerste werden de
landmeters Andries van der Walle uit Haarlem
en Joris Gerstecoren uit Leiden aan het werk
gezet. Zij kregen opdracht het tracé van de
trekvaart met het bijbehorende jaagpad uit te
zetten en in kaart te brengen aldus het boek
dat enkele van de veertig kaartbladen uit 1656
weergeeft. Er staan ook kaarten in van land
meters F. van Sonneveldt (Noordwijk 1656) en
Jan Pietersz. Dou (Voorhout 1625, geactuali
seerd door J. de Smet 1657). Het boek bevat
tevens een foto van een landmetersketting van
het regionaal archief Leiden.
Tot 30 september is er een gelijknamige
expositie in museum De Zwarte Tulp te Lisse.
Onder andere de veertig bladen van de
ontwerpkaart - de originelen liggen bij Rijnland
- zijn daar dankzij het scannen perfect te zien
en vullen een hele wand. Er ligt ook een
meetketting in een vitrine en deze is van het
Drents Museum te Assen! Uit het forse bij
schrift daarvan is minstens deze zin het
doorgeven waard: "De Rijnlandse roede wordt
nog steeds toegepast ondermeer in de bloem
bollenteelt." Zowel op een expositiepaneel als
in het boek pronkt ook een fraaie kaart van de
Haarlemse landmeter Van der Wal van het bezit
van de boerderij Breelant in de Zilkerduinen.
Om de tentoonstelling aan te bevelen is het wat
laat, maar het boek is prachtig!
Niet op de tentoonstelling of in het boek, maar
wel terzake, is bijgaande afbeelding van de
genoemde landmeter Andries van der Wal
achter een Hollandse cirkel, ook geplaatst
voorop De Hollandse Cirkel 1 (1999).
Een kleurenafbeelding van dit geodetisch-
historische topstuk uit het Rijksmuseum staat
wel op p. 50 van deel 1 in het nieuwe twee
delige boek: Eelco Beukers (red.), Hollanders
en het water, Hilversum 2007, 39,—.
Adri den Boer