weinig toe, voor geodetisch-historisch geïnte
resseerden is zij hopelijk informatief. Door het
werk van professor Vening Meinesz en zijn
leerlingen kunnen de betrokken onderzeeboten,
als 'objecten' die bij zijn baanbrekend onder
zoek onmisbaar waren, immers ook een beetje
worden beschouwd als - zij het alleen in de
herinnering bestaand - 'geodetisch erfgoed'.
Kil
Hr.Ms. KII was in februari 1919 bij scheeps
werf "Fijenoord" te Rotterdam te water gelaten
en in maart 1922 in dienst gesteld. Het was op
haar eerste verre reis, najaar 1923 via het
Suezkanaal in konvooi met twee andere onder
zeeboten naar Oost-Indië, dat Vening Meinesz
daadwerkelijk een begin maakte met zijn
slingermetingen op zee. De KII stond daarbij
onder commando van luitenant ter zee 1 e
klasse L.A.C.M. Doorman, de jongere broer
van de later beroemde schout bij nacht Karei
W.F.M. Doorman. Hr.Ms. KII werd in 1931 uit
dienst gesteld en in 1937, dus vóór WO II, van
de sterkte afgevoerd.
KXI
Hr.Ms. KXI liep in april 1924 bij "Fijenoord"
van stapel en werd in maart 1925 in dienst
gesteld. Na een oefenreis, samen met andere
schepen van de Koninklijke Marine, met
vlagvertoon in de Oostzee vertrok de K XI in
oktober 1925 onder luitenant ter zee le klasse
G.E.VL. Beekman naar de Oost. Vening
Meinesz, die de reis meemaakte tot Port Said,
kreeg hierbij gelegenheid zijn nieuwe drie
slinger-concept met succes te beproeven.
Vanaf december 1941 voer de boot, in gezel
schap van onder meer Hr.Ms. KXIII en O 16, in
het Verre Oosten diverse oorlogspatrouilles. Zij
werd in april 1945, dus vóór het einde van WO
II, op de Australische marinebasis Fremantle uit
dienst gesteld en van de sterkte afgevoerd.
KXIII
Hr.Ms. K XIII liep in december 1924 bij
"Fijenoord" van stapel en kwam in maart 1926
in dienst. In mei begon de K XIII onder luite
nant ter zee le klasse L.G.L. van der Kun, met
Vening Meinesz en diens verbeterde drie-
slingerapparaat aan boord, aan haar grote reis
naar Nederlands Oost-Indië via het
Panamakanaal, een route die op verzoek van de
RCGW was gekozen, voornamelijk om duide
lijkheid te krijgen inzake een mogelijke ellipti
sche afplatting van de equator. Na aankomst in
december kreeg Vening Meinesz nog gelegen-
Afb. 5. Anders dan zoals hier in 1935, troffen de Duitsers Hr.Ms. O 12 in mei 1940 op de Rijkswerf.
Inmiddels UD 2, werd zij in mei 1945 in Kiel door hen vernietigd. (Foto collectie NIMH)
58