Varia: Kamperstreek uit 1889
en kompasrozen, het gebruik van kleuren enz.
maar over de basis van dit alles, de land
meetkundige opname, lezen we niets. Nergens
wordt iets geschreven over betrouwbaarheid en
nauwkeurigheid of over de meetmethoden en
het gebruikte instrumentarium. De stofomslag
vermeldt dat het een publicatie is over West-
Brabantse landmeters in de 18e en 19e eeuw,
maar in feite worden voornamelijk de cartogra
fische aspecten belicht. Ook zien we op de
omslag een kaart van Bergen op Zoom en een
zegel met als ondergrond een gedeelte van een
driehoeksnet. Maar bij de toelichting op de
herkomst van die illustraties wordt dit net zelfs
niet genoemd en in de tekst wordt ook nergens
iets geschreven over dit driehoeksnet en
nauwelijks iets over de landmeetkundige kant
van het werk. Na veel zoeken bleek het een
kadastrale driehoeksmeting van de gemeente
Oijen te zijn uit 1830, zie nummer 982.
Het boek bevat verder enige bijlagen. Petrus
Josephus Adan heeft destijds de buiten Brabant
gelegen Baronie van IJsselstein opgemeten en
in kaart gebracht. Het in 1736 opgestelde
contract is als bijlage 3 opgenomen. Het is
interessant om te lezen wat er in die tijd zoal
van de landmeter verwacht werd, wat de
vergoedingen waren en wat hij zelf moest
betalen. We lezen ondermeer dat de landmeter
"...zal ten zynen kosten neemen het stellen van
de bakens, het trekken van de Ketting, en zal
moeten leeveren het papier, de bakens, palen
en wat verder tot de meeting en het maken van
de Kaarte behoort..." Ook moesten "de
Caarten exact en propre geteikent wesen op
goed papier zonder fauten..."Een lezens
waardige bijlage.
Henri Pouls
In het Böhmerwald, in een kleine gemeente,
werd dezer dagen een Kamperstreek vertoond.
Er moest een gemeenteweg aangelegd worden.
De landmeter komt, rekent den weg uit, meet
hem af, en teekent met moeite en zorg door
paaltjes de richting af. Het werk was klaar; de
landmeter begaf zich nu naar den burgemeester
en zeide: "Nu verzoek ik u, toezicht te laten
houden, opdat gedurende den Zondag die
paaltjes niet gestolen worden." Maandags komt
de landmeter terug, en ziet geen enkel paaltje
meer. De burgemeester had ze, opdat ze niet
gestolen zouden worden, in het gemeentehuis
laten bewaren.
(De Amsterdammer, 21 juli 1889)
SIS bezocht Nederland
De in 1983 opgerichte Engelse Scientific
Instrument Society (SIS) bezocht op 7 mei 2008
het depot van het Techniek Museum Delft. Men
had met name aandacht voor wat daar is onder
gebracht uit de voormalige geodesie-collectie.
Museum-vrijwilliger Joop Gravesteijn kreeg
hulp van zijn mede-DHC-donateurs Leen
Aardoom en Durk Riedstra bij de ontvangst van
de 42 SIS-leden (foto Lennard Scholtz TMD).
78