k mmm ieibbes be u société bis ms ei bes scihces h uutii. Toelichting op tabel 3: Kolom 1Deze (haven-)nummering is overeenkomstig met die op het kaartje met de Verdragshavens (afb. 3). De afstand van de Soenda Straat tot Hong-Kong (haven 1is circa 1800 zeemijl en de afstand Soenda Straat tot Shanghai (haven 5) is ca 2500 zeemijl. Haven 1Canton, Hong-Kong en Magao liggen aan een grote inham met de Portugese kolonie Ma<;ao aan de westzijde, tegenover Hong-Kong aan de oostzijde. Voor Canton moest men de Cantonrivier opvaren. Pilaar en Obreen 1842 Kaart der rivier van Canton geconstrueerd door R. Collinson (afb. 5). Op 5 maart 1849 werd Magao door de Portugezen tot vrijhaven verklaard. Afb. 7. Titelpagina van het belangrijke wetenschappelijke tijdschrift 'Le Moniteur geredigeerd door P. Melvill van Carnbee en Siebold (samenwerking Marine en Landmacht) Haven 4: De eilandengroep Chusan (nu Zhoushan), met de haven Tinghai, ligt zuidelijk van Shanghai, voor de haven Ningpo. Beschrijving in Nautical Magazine (1841). Haven 5 Shanghai: de haven van Woosung ligt aan de monding van de Yangtse-Kiang, strategisch gelegen als doorvoerhaven naar Shanghai en Nanking (westen) en Nagasaki- Deshima in het oosten. Kolom 3: Capt Captain van de Royal Navy ofwel KTZ Kapitein-ter-zee. Alle in deze tabel genoemde gegevens werden verzameld, geverifieerd en weergegeven in de British Admiralty-kaart: Chart of the Coast of China from Canton to Nanking 1851). Basis- of triangulatiepunten Al in eerdere publicaties constateerde ik dat hoge bergen, forten en significante punten nabij ankerplaatsen, baaien en riviermondingen favoriet waren om als primair triangulatiepunt te fungeren. Hoge bergen ziet men, uit zee komend, het eerst boven de horizon verschijnen. Hoe nauwkeuriger de hoogten van bergen gemeten/ berekend zijn, hoe nauwkeuriger een zeeman er zijn plaats mee kan bepalen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat hydrografen niet alleen veel tijd staken in de astronomische positie van afzonderlijke punten, doch deze punten ook zo snel mogelijk koppelden tot een triangulatienet. Kenmerkend voor veel kaarten van Melvill van Carnbee is de afbeelding van bergdoorsneden, gerelateerd aan hun geografische positie. In die tijd noemde men deze methode de hypso- metrische weergave van bergen/vulkanen.13 Zodra er op verschillende eilanden locale netten gedefinieerd waren konden deze middels -liefst herhaalde - chronometerreizen aan elkaar gekoppeld worden. Pas daarna was het voor Landmachttopografen zinvol al metend het binnenland in te trekken. De lengte- en breedtegraad van deze primaire punten werden zo nauwkeurig mogelijk berekend en moesten in een speciaal daartoe aangelegd trigonometrische journaal bij- LE MONITEUR 90 INDES-ORIENTALES ET OCCIDENT ALES. HKCIJEII. BE MÉMOIRES CT I)E NOTOXS SCIiOTIflQlJKS KT 1ND0STOIEL8BE NOUVUXES KT DE rif» IMPORTAATS imrCTNAST UB NflSKSSKftS NÉERLANDAEES B'ASIK CT Ir AMÉRHJÜK ÜE S. B. MONSEiGNEL'l LE PBISCE DEMI DES PUS-BAS, LI BAROK P. MELVILL (dk cirxbbb}. 13 P. Melvill van Carnbee, Over de hoogte der bergen in den Oost-Indische Archipel. (1844) en "Beschrijving behoorende bij de tafel ter berekening der hoogten van bergen" in Tindal en Swart 4 (1844). [gevoegd een grote kaart Profil over het eiland Java van een aantal bergen welke voor de zeevaart van belang zijn (1842)] H.D.A. Smits, Methode om door hoekmeting nabij de oppervlakte van de zee de hoogte van bergen en omgekeerd hunne afstanden te berekenen (1848)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2008 | | pagina 12