Afb. 8. Onderscheiden Loenermark-pijler (foto
Leen Aardoom)
Apeldoorn voor de controle van invardraden en
elektronische afstandmeters voor Noordwest-
Europa een ongeveer 576 meter lange ijkbasis
aangelegd. Gebruik makend van de licht-
interferentie-methode van professor Y. Vaisala
werd hierbij door de uitgenodigde Finse
waarnemers een nauwkeurigheid van bijna
1107 bereikt. Bij het vijftigjarig bestaan werd
de in onbruik geraakte basis een gemeentelijk
monument. Terugblikkend worden de aanleg
van de basis en de 'methode Vaisala'
beschreven. Bij hermeting in 1969 werd voor
de lengte van de basis een 0,6 mm grotere
waarde gevonden. De basis werd gebruikt voor
de controle van invardraden en elektronische
afstandmeters. Door de opkomst van de
satellietgeodesie raakten invardraden bij geode
tische driehoeksmeting in onbruik. De ont
wikkeling van zeer stabiele oscillatoren leidde
tot een herdefinitie van de meter als lengte
maat. Dit had tot gevolg dat elektronische
afstandmeters binnenshuis konden worden
gecontroleerd en dat de ijkbasis omstreeks 2000
ook hiervoor niet meer nodig was. Bij de
handhaving van de basis als Apeldoorns
monument zal er echter voor worden gewaakt
dat de vastleggingen worden verstoord. Op de
Loenermark geijkte invardraden werden in
1965 gebruikt voor de meting, langs de
Afsluitdijk, van een nieuwe lengtebasis voor het
Nederlandse Rijksdriehoeksnet. Kritische
analyse van de uitkomsten van die meting en
van de toepassing daarvan geeft aan dat de
methode-Vaisala in Nederland in onverwacht
goede overeenstemming was met de latere
uitkomsten via de satellietgeodesie.
Op zoek naar El Dorado
Hollandse avonturiers vertrokken vanaf het
eind van de 16e eeuw naar Zuid-Amerika. In
het gebied tussen de Amazone en de Orinoco
zou El Dorado liggen: de stad van goud. In de
nieuwe tentoonstelling 'Op zoek naar
eldorado' vertelt het Maritiem Museum met de
mooiste kaarten en prenten uit de collectie het
verhaal van deze avonturiers. Op de tentoon
stelling, die tot en met 5 oktober te zien is,
worden prenten en bijzondere kaarten getoond,
bijvoorbeeld de kaart die de Zeeuwse
landmeter Willem Mogge in 1671 van de jonge
Nederlandse kolonie Suriname maakte. Dit is
de eerste gedrukte kaart van het land, dat in
1665 Nederlands bezit werd. Op de tentoon
stelling hangen de eerste en de tweede druk
naast elkaar en wat een verschil: de tweede
druk van 1677 is voorzien van royale ver
sieringen en van de nieuwste plantages. (Deze
laatste is ook afgebeeld in 'De Landmeter' van
Pouls, maar daar met in het onderschrift het
onjuiste jaartal 1671. In de bijbehorende tekst
staat ook onterecht dat dit de oudste kaart van
Afb. 9. "Caerte ofte vertooninge van de
Rivieren Suriname en Commenwyne Willem
Mogge, editie 1677 (foto Maritiem Museum
Rotterdam)
111