hij kreeg jaarlijks f. 306,-, zijnde f. 10,- per
dienstjaar. In Schipluiden legde hij zich daarna
toe op beleggingen in onroerend goed en
speculatie, onder meer in granen. De oud
landmeter overleed in zijn woonplaats op 18
mei 1881 en werd aldus nog 87 jaar. Hij werd
op het r.k. kerkhof onder Hodenpijl begraven.21
Zijn vrouw Catharina was hem in 1860 al
voorgegaan.
Lodewijk Constant Machen (1791-1851),
landmeten en landleven
Zoals opgemerkt was Louis/Lodewijk Constant
de eerstgeborene uit het in 1789 gesloten
huwelijk van Théodore Constant Besse en
Marie Marguérite Macaine. Hij werd op 19
februari 1791 geboren in le Cateau-Cambrésis
(bij Cambrai) in Frankrijk. Omstreeks 1800
nam zijn vader hem en zijn jongere broertje
Ferdinand mee naar Pruisen, waar hij zich,
bevreesd voor het revolutionaire Franse regiem
in Picardië, vestigde in de omgeving van
Wesel. In gezelschap van Ferdinand en zijn
later met hun moeder overgekomen broertjes
Karel/Charlemagne en August en zusje Aglaé,
groeide Lodewijk Constant daar op. Vooral met
de drie jaar jongere Karei kon hij het goed
vinden bij hun gezamenlijke, ook door hun
vader fanatiek beoefende, jacht.
Omstreeks 1808 met zijn ouders en jongere
broers - in 1807 was Henri daar nog bijge
komen - en zus meegekomen naar Nederland,
vond Lodewijk Constant - in huiselijke kring
kortweg Constant genoemd - rond hun
woonhuis Reigersbosch bij Rijswijk in Noord-
Brabant ruimschoots gelegenheid zijn
avontuurlijke jachtvermaak voort te zetten. In
1810 begon hij als surnumerair bij de douane
in Amsterdam, waar hij per september 1811
een betaalde aanstelling kreeg. Op aanraden
van de waterstaatsingenieur P. van Diggelen
ging Constant, om zich te bekwamen in de
landmeetkunde, in het voorjaar van 1816 in de
leer bij de ervaren kadasterlandmeter Willem
Kuijk Jzn. te Werkendam, samen met Karei. Al
in oktober van datzelfde jaar voor de dienst in
Afb. 6. Louis (Lodewijk) Constant Machen was
verantwoordelijk voor het bedrijf van de
'Lipkens-telegraaf' op het Binnenhof in Den
Haag (van: nl.wikipedia.org/wiki/lipkens)
Gelderland in de 2e klasse aangesteld22,
behoorde Constant tot de eerste lichting nieuw
aangestelde landmeters voor de doorstart van
de kadastrering van Nederland; Karei werd
dadelijk landmeter le klasse. De voltooiing
van de kadastrale opname van het land in 1828
markeerde ook voor Lodewijk Constant het
begin van een periode van ledigheid, slechts
afgewisseld met incidentele werkopdrachten.
Het was de onbestemde tijd van de omschake
ling van de activiteiten van opname tot bijhou
ding van de kadastrale situatie. Hieraan kwam
zomer 1831 een einde, toen de hoofdingenieur
A. Lipkens (oud-ingenieur-verificateur van het
ÜL> V»
21 Bakker
22 Idem. Deze benoeming wordt door Teeling niet vermeld.
138