Toelichting op tabel 1: In 1828 heeft, chronologisch gezien, de astro noom F.X. von Zach 1754-1832) het eerste, 19de- eeuwse vuurtorenoverzicht gegeven op basis van nauwkeurige astronomische plaats bepaling. Het betreft hier de vuurtorens in het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Von Zach redigeerde het vaktijdschrift Monatliche Correspondenz, waarin, in samenhang met elkaar, zowel de metingen van astronomen en geodeten als hydrografen gepubliceerd werden. Von Zach's publicaties zijn van belang voor de zich snel uitbreidende wereldwijde driehoeks meting.3 Na Von Zach's dood werd het vanaf 1832 door de Royal Navy betaalde en geredi geerde vaktijdschrift Nautical Magazine een belangrijke primaire bron voor vuurtorengege- vens. Nog in datzelfde jaar verscheen ook in Frankrijk een vuurtorenoverzicht van de "Direction General des Ponts et Chaussés et des Mines". In Nederland verscheen Beschrijving der kustverlichtingen in het Koninkrijk der Nederlanden (1838). Kolom 1In de nationale Lengtegraad commissie kwamen astronomen, geodeten en hydrografen bij elkaar. Geodeten waren doorgaans Landmacht-ingenieurs en de hydro grafen Marineofficieren. Kolom 2: Het Trinity House bestond weliswaar al vanaf 1514, maar door de reorganisatie van 1836 werden hier formeel ook alle vuurtorens en kustverlichting in de koloniën aan toege voegd, waarbij de Royal Navy haar leidende rol in het bestuur bleef houden. G.A. Airy (1801-1892) was de zevende Astronomer Royal. In zijn ambtsperiode werd veel aandacht besteed aan het beschrijven van sterren, met name de waarnemingen op het zuidelijk halfrond werden door hem gecoördi neerd en nauwkeurig gecatalogiseerd. De Britse sterrencatalogi gaven de toon aan bij de snel toenemende nauwkeurigheid van de op astronomische plaatsbepaling berustende driehoeksmetingen. John Purdy (1773-1843) schreef als analist van hydrografische gegevens: The Columbian Navigator or Sailing Directory for the American Coast and the West-Indies, eerste editie 1817, tweede editie 1839. A.G. Findlay (1812-1875) was evenals Purdy een analist. Beiden waren, na elkaar, bij dezelfde uitgever in dienst en maakten gebruik van de (trigonometrische) meetgegevens van de Royal Navy. Findlay ging door met het verbeteren en aanvullen van Purdy's Columbian Navigator. Findlay's eerste, daarna jaarlijks uitgegeven Lighthouses of the world, verscheen in 1861. Kolom 3: C.F. Beautemps-Beaupré (1766- 1854) was in zijn periode 's werelds meest invloedrijke hydrograaf en wordt ook wel "Le père de l'hydrographie moderne" genoemd. Prof. D.F.J. Arago (1786-1853) was een Frans astronoom en geodeet, sinds 1805 verbonden aan de Lengtegraadcommissie en een tijdge noot van de astronomen G.A. Airy en F. Kaiser. P.J. Coulier marineofficier/hydrograaf schreef Tables des principales positions géonomiques du globe 1828), vervolgens Le Guide des marins pendant la navigation nocturne, 1833- 1867) dertien edities. Van zijn Discription générale des phares et fanaux du globe verschenen vanaf 1838 bijna jaarlijks nieuwe edities, in 1852 de 10de en in 1864 kwam de 17de, geheel bijgewerkte, editie uit. Atlas générale des phares et fanaux d 1'usage des navigateurs. (1844-1847) Kolom 4: G.A. Tindal (1805-1880) en Jacob Swart (1796-1866) redigeerden samen het vaktijdschrift Verhandelingen en berigten. In de periode 1841 -1850 Tindal en Swart en van 1851 tot 1858 alleen Jacob Swart.4 J. Modera (1803-1866), was een marineoffi cier/hydrograaf die vele kaarten geconstrueerd en een Zeemansgids voor West-Indië (1843) geschreven heeft. 3 De astronomen vervolgden met hun eigen vaktijdschriften, zoals: Astronomische Nachrichten, Connaissance des Temps en Memoirs of the Royal Astronomical Society. Voor wat de primaire triangulatiepunten betreft wordt in al deze tijdschriften steeds verwezen naar de autoriteit/persoon die de laatst geverifieerde geografische positie berekende en publiceerde. 4 Jacob Swart was lector wis- en zeevaartkunde en van 1832 tot 1858 "belast met beheer en bewaring van 's Rijks zee-instru menten". Op 1 januari 1858 werd F. Kaiser benoemd tot Verificateur van 's Rijks zee-instrumenten en vervolgens werden alle zee-instrumenten door hem, in Leiden aangekocht en geijkt. 61

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2009 | | pagina 23