De transformateur
Jan Stehouwer
Stop de persen!
Aan het boek "Beginselen der Werkdadige
Meetkunst", geschreven door E. Barenbroek,
landmeter bij het Kadaster in Groningen, en in
die plaats in 1867 uitgegeven door de Gebroe
ders Hoitsema, is op het laatste moment een
viertal bladzijden toegevoegd (blz. 116 t/m
119).1 Als kop boven blz. 116 zette hij: "IETS
OVER DEN TRANSFORMATEUR". Zelf
schrijft hij: "Tot zoover had ik dit geschreven
om het daarbij ook te laten blijven, toen ik
onder het afdrukken van het eerste vel eene
aanbeveling ontving van Zijne Excellentie den
Minister van Finantiën van een werktuigje
genaamd Transformateur, 'twelk in onder
staande figuur is afgebeeld en voorzien is van
de noodige opheldering." (afb. I)2
Afb. 1. Figuur 66 uit het boek van Barenbroek uit 1867
Het onderschrift bij de afbeelding was wat
moeilijk te lezen door het gebruik van een
nogal klein lettertype, zodat ik dat onderschrift
hieronder nu letterlijk overneem.
"aStiftje. bOpening waarin het stiftje a
past. K en L zijn knopjes. -- M. Fijne
insnijding in den kant van het beweegbare
liniaal; tevens middelpunt van den cirkel,
waarin en waardoor de beweging plaats vindt.
KM. Beweegbare liniaal. RLT. Vaste
liniaal. V Houten driehoek, die niet tot het
instrument behoort, maar waar langs de
verschuiving van het instrument plaats vindt.
Het beweegbare liniaal kan zóódanig draaijen,
dat de zijde MO langs NP komt te liggen, en
ook zóó, dat a 'in b 'valt, waardoor het instru
ment is gesloten en NP en O in eene regte lijn
komen."
Vervolgens schrijft hij dan:
"Onmiddellijk op de ont
vangst dier aanbeveling heb
ik zulk een instrument
ontboden uit de fabriek van
den instrumentmaker F. L.
LAPORTE, te 's-Gravenhage.
De ons verstrekte inlich
tingen over het gebruik van
dezen transformateur heb ik
getoetst aan eigene behande
ling en ervaring."
Wat mag dit toch wel voor
een geweldig instrumentje
geweest zijn, dat de minister
van Financiën zich er
persoonlijk mee
bemoeide, en de drukpersen
werden stil gezet om het
instrumentje als 'laatste
nieuws' in het boekje op te
95
Fig. 66.
In 1871 is er van dit boekje een "NIEUWE UITGAAF" verschenen, eveneens bij de Gebroeders Hoitsema. Het is een naar mijn
idee ongewijzigde herdruk van het boekje uit 1867, want ook de "drukfeilen" uit de eerste uitgave zijn in deze uitgave nog
aanwezig.
In het "Periodiek Woordenboek van Administratieve en Geregtelijke Beslissingen in zake van Registratie, Zegel, Hypotheken,
Successie-regt, Kadaster, Notariaat, enz., enz.", Eerste gedeelte, 's Gravenhage, 1876, staat op blz. 48 een korte samenvatting
van die "aanbeveling". Het gaat om een Res. van 21 Maart 1867, N°. 77. Deze heb ik nog niet kunnen vinden. Zie afb. 19.