kunnen nemen. Aan het formaat zal het vast niet hebben gelegen, want het kistje met het instrumentje is niet groter dan 21.8 x 5.7 x 1.2 cm. (Zie de afb. 2 en 3 van het in mijn bezit zijnde instrumentje, eveneens uit de instru mentmakerij van F.L. LAPORTE te 's-Graven- hage.) J., f Afb. 2. De transformateur van F L. Laporte in zijn kistje (foto 's auteur Afb. 3. De transformateur van F. L. Laporte in geopende situatie Het instrumentje dat ik in mijn bezit heb, was ook niet zomaar van een willekeurige kadaster medewerker, maar van niemand minder dan de in 1932 overleden ir. J. F. A. van Riessen.3 De geschiedenis lijkt zich te herhalen, want ik had het concept van dit artikel onder de titel "De transformateur van RL. Laporte", met afbeeldingen en al, aan de redactie gemaild toen ik onderin een naar het Kadastermuseum in Arnhem gestuurde doos een transformateur tegenkwam, van een andere leverancier, namelijk van J. VAN PELT ZOONEN te Breda, mij tot nu toe al bekend van zijn trekpennen. En omdat het scannen van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde zoveel extra informatie opleverde, dacht ik stop de persen maar weer, en ga het artikel, inclu sief de titel en afbeeldingen, maar aanpassen. Ik heb de beide transformateurs samen op één foto gezet, om het vergelijken te vergemakke lijken (afb. 4). Afb. 4. De beide transformateurs op één foto: boven die van Laporte, onder die van Van Pelt De werking van de beide transformateurs is precies gelijk, alleen is het exemplaar dat door het bedrijf van Laporte geleverd is een klein beetje groter van formaat. De lengte is bij Laporte 21,0 cm, bij Van Pelt 20,4 cm, de hoogte bedraagt bij Laporte 3,0 cm, bij Van Pelt 2,55 cm. Bij Van Pelt is de cirkel rond het punt M wel 5 mm dik, bij Laporte 4 mm. Het gebruik van het instrumentje Een transformateur was een hulpmiddel dat gebruikt werd bij de grafische groottebepaling van percelen. Bij het berekenen van de opper vlaktes was het gebruikelijk om een perceel, dat gevormd werd door een veelhoek, bijvoor beeld de vierhoek abcd uit figuur 67 (afb. 5), te verdelen in twee driehoeken, bijv. Aabd en Abde door het trekken van de diagonaal bd. De oppervlakte van de vierhoek werd dan 'Ax bdx (de loodlijn uit a op bd de loodlijn uit c op bd.) Met dit instrumentje werd de vierhoek herleid (getransformeerd) tot een driehoek (vandaar ook de naam!De oppervlakte van die driehoek was dan ook weer A x basis x hoogte. De tekst vervolgt: "Wij willen nu eenen vierhoek, eenen vijfhoek en eenen grooteren veelhoek ieder tot eenen driehoek herleiden en u 3 Ir. J. F. A. van Riessen is o.a. de schrijver (in maart 1920) van het "OVERZICHT van de Samenstelling van het nieuwe Kadaster der gemeente Dieren". Zelf was hij ook bij deze proefhermeting betrokken. Later werd hij Ingenieur-Verificateur van het Kadaster met als standplaats Utrecht. 96

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2009 | | pagina 22