Conclusies over het gebruik en het nut van het
instrumentje
Het gebruik van de transformateur is door mij
uitgeprobeerd door de hiervoor genoemde
bewerkingen stap voor stap uit te voeren. En
dat leidde in alle gevallen tot de gewenste
oplossingen. Echt handig werkt het instru
mentje niet. De constructie is goed uitgevoerd,
maar zoals al eerder genoemd, is het punt M
lastig te zien. Het is knap, dat het punt M. waar
eigenlijk alles om draait, op dezelfde plaats
blijft tijdens het draaien van de beweegbare
lineaal, terwijl daar nu juist geen scharnier is
aangebracht. Verder is het lastig om de draai
bare liniaal te draaien, en tegelijkertijd te
zorgen dat de driehoek waarlangs het instru
ment wordt verschoven op zijn plaats blijft. En
het is ook goed mogelijk om met eenvoudiger
hulpmiddelen tot precies dezelfde oplossingen
te komen.
Tedereen die de opleiding aan het C.T.O., het
Centraal Teken- en Opleidingsbureau van het
Kadaster, heeft gevolgd, en daarbij les heeft
gekregen uit het boek "Landmeten, de bepaling
van de grootten der percelen", weet hoe het ons
daar geleerd werd door de heer Harkink en zijn
opvolgers, namelijk met behulp van twee
schuifdriehoeken,4
De hiervoor genoemde drie opgaven heb ik
uiteraard ook op deze manier uitgevoerd, en
dat ging toch wel een stuk prettiger. De uitein
delijke resultaten verschilden maar weinig.
Ook tijdens de uitvoering van de eerste opgave
zijn er wat foto's gemaakt, zodat de lezers die
deze methode niet kennen, hierdoor toch
kunnen zien hoe dat in zijn werk ging
(afb. 13-15).
We leggen de twee driehoeken neer, zoals te
zien is op afb. 13, dus zodanig dat de langste
zijde van de rechter driehoek over de punten d
en b loopt. We verschuiven vervolgens de
rechter driehoek zodanig dat die langste zijde
evenwijdig opschuift, totdat deze door het punt
Afb. 13. We leggen de 2 driehoeken zodanig
neer, dat de langste zijde van de rechter
driehoek over de punten d en b loopt.
c gaat, zoals op afb. 14 te zien is. De snijding
van die driehoekszijde met het verlengde van
ab is dan punt B. Vervolgens verbinden we
punt d met B (zie afb. 15), en ook nu is vier
hoek abcd getransformeerd tot een driehoek
adB met gelijke oppervlakte.
Het instrumentje werkt dus wel, maar om daar
voor de uitgave van het boekje "Beginselen der
Werkdadige Meetkunst" uit te stellen, lijkt mij
nogal overdreven. Maar daardoor weet ik nu
wel wat dat vreemde instrumentje is, en hoe
het werkt. Eerst ging ik er van uit dat het een
kleine incomplete transporteur was, bedoeld
om in het terrein gemeten hoeken op de kaart
aan te brengen. Ik miste daarbij echter een
randverdeling.
De transformateur in andere literatuur
Als eerste heb ik geprobeerd om het woord
transformateur in Google te laten opzoeken.
Het gaf een onverwacht resultaat: circa
859.000 vermeldingen, omdat men in Frankrijk
zo nodig een transformator ook transformateur
moest noemen! Meteen heb in de tip opge
volgd om alleen te zoeken in het Nederlands,
resultaat nu nog steeds circa 10.100 vermel
dingen. Dat is dus onbegonnen werk. Gelukkig
Ir. F. Harkink, hoofd van het C.T.O. te 's-Gravenhage: "Landmeten, de bepaling van de grootten der percelen". In Hoofdstuk II
"De grafische methode", behandelt hij in paragraaf 2 "Transformeren van het perceel" (1e druk, 1952, blzn. 22 t/m 24; 2e
druk 1956 en 3e druk 1962 blzn. 35 t/m 37).
F. Harkink, civiel landmeter, landmeter van het Kadaster te Rotterdam; "Eenvoudige Landmeetkundige Berekeningen", een
bundeling van 70 lessen van een schriftelijke cursus van 1935 t/m 1938. Hoofdstuk III, paragraaf C-2, "Transformeren van de
figuur", blzn 185 t/m 187, fig. op blz. 177, les 41Nergens ben ik bij hem het gebruik van de transformateur tegengekomen.
99