Varia: landmeters uit "Geschie denis van Smallingerland" De avonturen van Wlnnetou en Old Sliatterhancl Afb. 2. Nieuwsblad (voor Gorcum en omstreken), 22 november 1967 een jaar later vervolgde de berichtgeving over landmeters en Rijksweg 15 met de vermissing van een veldfles en een kijker.(afb. 1) De krant De 5 Rivieren van 24 juni 1940 signa leerde dat roken nog normaal was: "Vermoede lijk door het onachtzaam wegwerpen van een brandende sigaret was een markies van het gebouw 'Geodesie'aan den Kanaalweg in brand geraakt. Met eigen middelen kon het brandje worden gebluscht." Talrijk zijn berichten over eigendomskwesties. Het Nieuwsblad (voor Gorinchem en omstreken) van 11 januari 1967 nog meldde dat een tuinder op grond van zijn buurman had geteeld. De man was om diverse redenen minder schuldig dan het leek. "Eén van die redenen was, dat de landmeters zich hadden vergist: zij hadden bij het land van de heer Van 't K. ook een stuk van het land van diens buurman getrokken...." Als besluit is passend om te signaleren dat landmeters zelfs in krantenstrips voorkwamen: Wij begaven ons nu naar de vlakte, waar de huifkar stond. Daar zag Intsehu Tschuna de meetpalen staan en ondervroeg mij hierover. Hij wendde zich vol minachting van mij af, toen ik hem zei, ook landmeter te zijn." (afb. 2) Adri den Boer Gerard Mast, oud-medewerker van Staats bosbeheer, en ik hebben al enige jaren een merkwaardige uitwisseling van historische gegevens. Zijn hobby 'Geschiedenis van Friese eendenkooien' behoeft historische informatie, evenals ik die moet hebben aangaande Friese landmeters. Van hem ontving ik in dat verband enige inhoud van het in 1976 bij de Fryske Akademy verschenen boek "Geschiedenis van Smallingerland". Op bladzijde 84 werd een en ander vermeld over de le luitenant W.U. Huguenin, over wie in nummer 2006-1 van dit tijdschrift over diens aanvankelijk niet gepubli ceerde kaarten van Noord-Nederland al een bespreking in de rubriek "Voor u gelezen" verscheen. Huguenin baseerde het tekenen van zijn kaarten in de jaren 1819-1829 mede op de toen al gereed zijnde kadastrale minuut plans. Na- verkenning en bij- metingen waren echter noodzakelijk. In genoemd boek "Geschiedenis van Smallingerland" werd gememoreerd dat de le luitenant W.U. Huguenin vanuit Drachten op 9 mei 1822 een brief schreef "verscheidene metingen en militaire verkenningen te zullen verrichten Hieruit blijkt dat hij driejaar na de aanvang van zijn project in de omgeving van Drachten ALLE LANDMETER A fb. 1. Eén van de zes grafstenen met de familienaam Landmeter in Boornbergum 'graftombe.nl 29. Wat een verschil tussen mijn blan ke metgezellen en de door hen verachte indianen. De aangeboren rechtvaardig heid der roodhuiden noopte hen in mijn voordeel te spreken, ondanks het feit, dat het gevaarlijk voor hen kon zijn, de praidejagers tegen zich in het harnas te jagen. Wij begaven ons nu naar de vlakte, waar de huifkar stond. Daar zag Intsehu Tschuna de mectpa- len staan en ondervroeg mij hierover. Hij wendde zich vol minachting van mij af, toen ik hem zei, ook landmeter te zijn. De hoofdingenieur was met de ande re opzichters uit angst voor de beer in de huifkar gevlucht. Toen zij ons zagen aankomen, waagden zij zich uit hun KUSTPL A -T5 VAN QNZE LIEVE nunESS 9.S.1B 'Z -t Z3.' .:o if. EN IANTJE DE RUITER L3-IS7E t Z7_7_I37S DE HINDEREN. 117

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2009 | | pagina 43