behoorde per gemeente uniform te worden ingericht en bijgehouden en bijgevolg dienden de uitkomsten van het henneten gedeelte van Apeldoorn te worden opgemaakt "overeen komstig de registers en plans van het bestaande kadaster" en volgens de gewone voorschriften, zoals vastgelegd in de IK30, te worden bij gehouden. Met de bijhouding van Dieren zou op den duur nog ervaring moeten worden opgedaan en van hermeting op grote schaal kon daarom voorlopig geen sprake zijn. De minister nodigde I-V Boer wel uit een voorstel te doen voor de beëindiging van 'Apeldoorn'. Kort vóór de ministeriële aanschrijving van 17 december 1921 had burgemeester Roosmale Nepveu nog een vertwijfelde poging gedaan om het cruciale wetsontwerp grensregeling uit 1906, waarop Boer in 1920 nog enkele aan passingen had voorgesteld, door de Tweede Kamer te krijgen. De burgemeester benaderde daarvoor op 6 december het hem bekende Tweede Kamerlid "amice" mr. A.G.A. ridder van Rappard: de minister van Financiën scheen er weinig voor te voelen, maar zonder wet op de grensregeling zou het in Apeldoorn onder nomen werk nutteloos zijn. I-V Boer zou eventueel nadere informatie over de proble matiek kunnen geven. In de minuut van de brief31 vroeg de burgemeester ook om ant woord, maar dat schijnt niet te zijn gekomen of bewaard te zijn gebleven. Het was inmiddels ook te laat! De vraag dringt zich op of de 'onwillige' minister, mogelijk op de hoogte gebracht met het (buiten(parlementaire initiatief van de Apeldoornse burgemeester, vaart gemaakt heeft met zijn aanschrijving van 17 december en zo de stopzetting van de her- meting nog heeft bespoedigd. B&W waren in elk geval overrompeld door de brief van I-V Boer van 24 oktober 1922 en vroegen directeur De Zeeuw van Gemeente werken dadelijk om advies. Ook hij begreep er op 9 november niets van: "Vermoedelijk is de bedoeling van de heer Boer Uw College mondeling nader in te lichten omtrent ver nieuwing van het kadaster door middel van photogrammetrie". Een idee om de heer Boer eens uit te nodigen? Een week later was land meter Bakker terug naar Arnhem.32 Het werd april 1923 voordat de agenda's van B&W, Gemeentewerken en Boer ruimte boden voor mondeling overleg. Maar intussen zat Boer niet stil. Hij belegde een vergadering met zijn collega's-hoofdambtenaren van het Kadaster (de I-V's) en kon daarna, op 19 maart, B&W informeren over de daar heersende opvatting: "Het vernieuwde deel van het kadaster van Apeldoorn behoort te worden ingevoerd zooals het is ontworpen, dus op Dierensche grond slag." Op 24 april, na met de trein van 10 uur 11 te zijn aangekomen en daarna ten stadhuize te zijn gearriveerd, hield Boer een wervende voordracht over de kartering van Apeldoorn en wist hij B&W te bewegen de minister in dringend te verzoeken "de afwerking van de kadastrale bewerking op den Dierenschen grondslag te doen voortzetten". Een brief van die strekking ging een maand later uit. Niet alleen was de Dierense methode een meer doelmatige werkwijze, maar "ook uit anderen hoofde mag eene algeheele hernieuwing van de kadastrale plans als zeer urgent worden beschouwd, omdat herhaaldelijk blijkt hoe vol fouten en onbetrouwbaar die plans thans zijn." Het college betreurde de algehele stopzetting van de hermeting en deed een klemmend beroep op de bewindsman om die te herroepen. Vooral gelezen het negatieve oordeel van B&W over de kadastrale plans wendde de minister zich tot I-V Boer. Een reactie kreeg B&W een jaar later van landmeter A.N. Hamelberg33, die de op eigen verzoek per 1 januari 1924 eervol ontslagen I. Boer Hzn. in Arnhem was opgevolgd. I-V Hamelberg stelde een en ander in "een eenigszins ander licht" en hoewel de 30 In 1918 had nog een vernieuwde versie van de Algemeene Instructie voor de Ambtenaren van het Kadaster (IK) het licht gezien. 31 Gemeentesecr., inv. no. 156, dossier 254 32 De stopzetting van de hermeting impliceerde het einde van zijn detachering en daarmee van zijn maandelijkse tegemoetkoming wegens hoge woonlasten. 33 Medeauteur van het evaluatierapport van september 1920 104

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2010 | | pagina 14