gegevens ontleen ik aan de over de opmeting van de regio Gennep verschenen zeer uit gebreide publicatie van 184 blz.2 In deze nieuwe uitgave, over Leuth en Keker- dom, zijn de kaarten genummerd als pagina 38 t/m 59, op de pagina's 38 t/m 45 zijn de percelen genummerd van 1 t/m 112 door de landmeters kennelijk beschouwd als het gebied van Kekerdom) en op de pagina's 46 t/m 54 met de perceelnummers 1 t/m 103, en op de pagina's 55 t/m 59 met de perceelnummers 1 t/m 43. (beide gebieden in de nabijheid van Leuth). Het formaat van de kaarten is 28 x 36 cm. Omdat deze kaarten in het Hauptstaats- archief in Düsseldorf in een kaartenboek zijn ingebonden, is bij het scannen van de kaarten midden op elk blad de vouw duidelijk zicht baar te zien. De kaarten zijn daarna verkleind tot ongeveer 1: 3000. Alleen kaart 58 is iets groter dan de andere geworden, door er eenvoudig een los stukje papier tegenaan te plakken! Deze kaarten zijn verder niet bewerkt. Wat is nu het verschil tussen deze nieuwe uitgave en bijv. de uitgave over Gennep en de Atlas van het Ambt Liemers?3 De Atlas van het Ambt Liemers heb ik (nog) niet in mijn bezit, en heb ik dus niet zelf gezien, maar blijkens informatie van de auteur zijn hierin de kaarten overgetekend. Voor het boek over Gennep, dat een regio beschrijft die uit 46 kaarten zou moeten bestaan, zijn de nog aanwezige 42 kaarten en de overige 4 zo goed mogelijk gereconstrueerde kaarten, bewerkt en verkleind tot de schaal 1: 10.000. Deze 46 kaartjes zijn allemaal in het boek opgenomen, met zwarte figuratie op witte achtergrond. De perceelnummers zijn hierin met gedrukte cijfers aangegeven. Op 2 losse kaarten, ook op schaal 110.000 zijn van de 10 kaarten van Heijen en de 36 kaarten van Gennep de perceelsgrenzen weer aangegeven, en is d.m.v. een kleur het grondgebruik aangegeven. Alle kaartjes zijn voorzien van een noordpijl en ver melding van de schaal van de kaart. De ligging van de kaarten t.o.v. elkaar is op een over zichtskaart te zien. Het is erg nauwkeurig uit gevoerd, maar het oogt wat steriel, als een extract plan van het huidige kadaster. Bij de kaarten van Leuth en Kekerdom zijn de kaarten in de originele uitvoering gescand, en verkleind tot 1: 3000. Het grondgebruik is hier zichtbaar d.m.v. gekleurde biezen van de percelen, in dezelfde kleuren als op de grond- gebniikskaarten van Gennep. De gebouwen zijn schetsmatig in vooraanzicht getekend, zoals het Haus Spaldrop. Zie afb. 2. De gewone gebouwen en boerderijen zijn vrijwel gelijk aan elkaar getekend, en als ze in het perceel zijn aangegeven, en de erven zijn in een andere kleur als de rest van dat perceel, dan staat in dat perceelsgedeelte: "bijN: 41 Gehorig", of "Gehoert bij N: 44 soms is dat niet gebeurd. De 'bijpijling' was nog niet uitgevonden. Zie afb. 3. In de vouw van de kaart kan dus een Afb. 2. Haus Spaldrop Jt-J Afb. 3. Gewone gebouwen en boerderijen ge schetst in de erfgedeelten van de percelen: "Gehoert bij N: 44" of"bij N: 41 Gehorig" - C. Aymans, P. Burggraaff en W. Jansen, De regio Gennep aan de ketting (1731-1732), Gennep 1988. (Ook van dit boek zijn nog enkele exemplaren te koop, 20,- excl. verzendkosten. Zie www.peel-maas-niers.eu.) 3 A.W.A. Bruins, Atlas van het Ambt Liemers, Zevenaar 1999, en A.W.A. Bruins, Het Kleefs Kadaster 1731-1738, Zevenaar 2001 123

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2010 | | pagina 33