ry
Afb. 9. De hydrograaf J. Schroder publiceerde
onder meer in 1845 over zijn metingen bij de
Natoena eilanden. Zie noot 12.
Sulu-Archipel als koppeling van de Brits-Neder
landse met de Spaanse triangulatie13
Belangrijk bij de tot standkoming van de trian
gulatie van de kusten der Chinese Zee was het
in tabel 2 genoemde Brits-Nederlandse traktaat
van 17 maart 1824. Over de staatsrechtelijke
gevolgen van dit traktaat zijn enkele proef
schriften geschreven.14 Hier zal ik mij beper
ken tot het trigonometrisch vastleggen van
rijksgrenzen.15
Hydrografie was een nationale overheidsaan-
gelegenheid, waarbij de wereldzeeën verdeeld
waren in vlootgebieden. Iedere oorlogsvloot
had zijn eigen hydrografen, die verantwoorde
lijk waren voor het bekend stellen van de
nieuwste geverifieerde navigatorische gege
vens in hun vlootgebied. Bij twijfel of incom
pleetheid van deze gegevens werd een marine
schip aangewezen om een nader hydrografisch
onderzoek uit te voeren. Het met geijkte instru
menten in een triangulatienet inmeten van kus
ten, riviermonden en navigatorische bakens of
gevaren voor de scheepvaart noemde men
"hydrografische survey".16 Uitgaande van
dezelfde basispunten werd op het land een
"geodetische survey" uitgevoerd.
In ieder vlootgebied werden een aantal stations
(haven, ankerplaats of een baai met fort) aan
gewezen waar zich in de buurt een of meer
marineschepen bevonden. Na enkele jaren
werd een stationschip afgelost en ging het
aflossende schip door met de opgedragen
(hydrografische) werkzaamheden. Voor de Chi
nese Zee en de wateren rondom Borneo zien
we dat er behalve Nederland nog drie koloniale
machten met hun vloot rondvoeren en wel het
Britse China Squadron, het Franse L 'Escadre
de 1'extréme Orient en het Spaanse Filippijnen
eskader.17
Niet alleen de Britse, Franse en Spaanse
marine hadden vele hydrografen opgeleid, ook
in de Koninklijke Marine werkten hydrografen
met dezelfde meet- en rekensystematiek.
Uit het voorgaande valt af te leiden, dat iedere
reis van een vlootverband tevens een, van
hogerhand opgedragen, survey inhield. Hydro-
50 J
XXV.
LENGTE- EN RREEDT E-WA ARS EMING ENGEDAAN IN DE OÖST-INDIE,
AAN BOORD VAN Z. H. BRIK POSTILLON,
tixsta itviA Vjui dli Luraiisr teh sen Ic M.nst
J. SCHRODER.
sautr»otM-Klij>pei4
lU-tnlve bcli<iarcn tot do
ile( .Ta/Nii ji ri landen, fcn kooien op
j*cunu nay lick undo kauri Yoor; !ig-:
;;cn 115 it >i<l vool boven water on ijjn
o«n»f>ii»n door en» ritOp walk» X.
'I einde ik ton aukor hel» getogen in
11 7 Tin. tJint,;r.raoljfroalo
I On lint VI ji.i rt. iiU.li-l
tteie klippen die n
n«nen fi*Un ifcocjen in faei
*11 ,lal" OOldckkCf KB$1B)4%m genoemd.
Op bet if. Yiflort» uitatekimile
lag oog code l.iugv, nf|>l-o t ot«, ein
1U voet boven water»
Ton tinker op but rif pcildeu;
Tit; klippi-u rrgt Zuiil.
II el W. ml.ml n/(it Jl. tl. t. 0.
Picked ciUntl o/id It»7''
Lcro oily ml ojm 5" W,
tie lireodto iv liOpeitMdooriregiilcn]
aftljtiJ op dun middag dc longte
dour Tijdmeter», vier du^cu later
ijilietcid op I'vclt J'.r.
'ti vcrmccnnnnag on ^eono~kaart voornomenook
tnilntl*c,',pl van dcie mededeel iaig kebben
He Redactie.
13 Voor de Sulu-Archipel bestaan vele schrijfwijzen. Enkele voorbeelden zijn: Soeloe, op de kaarten van Melvill en in de Atlas van
tropisch Nederland (1938), Jolo is de Spaanse schrijfwijze afgeleid van de hoofdstad van deze eilandengroep, Soulou of Sooloo
op Franse kaarten en Sulu in de Duitse taal rond 1840. Hier is gekozen voor Sulu als een in Gazetteer's aanbevolen hedendaagse
schrijfwijze.
14 Proefschriften als: C.M. Smulders, Geschiedenis en verklaring van het tractaat van 17 maart 1824, te Londen gesloten tussen
Nederland en Groot-Brittannië, ter regeling van de wederzijdse belangen en rechten in Oost-lndië. (Utrecht, 1856), en J.E.
Sturler, Het grondgebied van Nederlands Oost-lndië in verband met de tractaten met Spanje, Engeland en Portugal (Leiden,
1881)
Met James Brooke's verovering van Labuan was niet iedereen het eens, zoals D.C. Steyn Parvé, De handelingen van Sir James
Brooke op Borneo getoetst aan officiële Engelse bescheiden en de bestaande tractaten. (1859)
15 Depot général de la Marine. Garte de I'archipel Solo (1839). De opmetingen hiervoor werden gedaan aan boord van het korvet
I'Astrolabe in 1838. Een verbeterde Nederlandse kaart werd geconstrueerd door F.A.A. Gregory (1814-1891), Hydrografische
kaart van de Soloo archipel (1845), zijn uitgebreide toelichting hierop geeft hij in Tindal en Swart (1846), p. 386-418.
16 In Nautical Magazine (1840), p. 83 werd de taak van een naval suveyor kort en krachtig verwoord als: To find out the dangers
of navigations and to provide seamen with the means of avoiding them.
17 De Spanjaarden hadden in 1797 hun Direccion Hidrografica opgericht. De opeenvolgende eerste drie Chefs der Hydrografie
waren: Joséde Espinoza, Felipe Bauza en M.F. de Naverette. De Spaanse Marine had een eigen sterrenwacht, San Fernando te
Cadiz, waar hun eigen nulmeridiaan over liep.
150