1 "bussenkist", waarin de "Nagel"13, doos-
niveau, schietlood, bussen, centreerplaatjes
en punten
2 driepoten met vlakke (houten of bron
zen) kop
1 kistje met blokjes
1 stalen meetlint) e van 30 m
1 idem van 10 m
Misschien zou nog kunnen worden bijge
voegd één van de kleine camera's, bij de cen
treringen II0 2e rang in gebruik14 en - als ze
in voorraad zijn - een paar busjes met rode
was.
1Formulieren en papier:
20 formulieren "Stationsbeschrijving" in
duplo (voor exemplaar A en B)
20 gedrukte aanvragen om van de torens
en gebouwen gebruik te maken ten
behoeve der secundaire driehoeksmeting
30 omslagvellen (kardoes)
En hiermede ben ik aan het einde van mijn
vragenlijstjeNog een vraag over de te gebrui
ken 'waarnemingscahiers': met het oog op de
uniformiteit, die van de RD?; die waren
natuurlijk ook te gebruiken bij instrumenten
met afleesmicroscopen15, maar in dit geval was
het misschien beter Kadasterformidier I of de
hoekmeetkaart" te bezigen. Voor berekeningen
maakte Kwisthout in Zutphen gebruik van voor
hem speciaal bedrukt degelijk quadille
(ruitjes)-papier, maar als de professor liever
had dat voor de becijferingen RD-papier werd
gebruikt, dan graag ook een dozijn katerntjes
daarvan. Kwisthout was zich ervan bewust in
de drukke examentijd teveel van Heuvelink te
vragen, maar misschien zou Wildeboer16 zo
vriendelijk willen zijn met het bijeenbrengen
paapje h'ji
Afb. 4. Voor de centrering van 'Vaassen II'een
Breithaupt 17 cm theodoliet van het Kadaster-
in plaats van een Wans chaff van de RCGW. Uit
snede RD-formulier "Stationsbeschrijving
Bron: Kadaster, Geometrische Referentie Sys
temen
van alles een handje te helpen. Flet gemakke
lijkst zou zijn de gevraagde spullen te sturen
direct aan landmeter L. Bakker, Nassaulaan 3,
Apeldoorn.17 Ten slotte: of Heuvelink met de
gehele gang van zaken accoord was? en Met
beleefde en vr. groeten blijf ik steeds Uw dw.,
Th.L. Kwisthout". "Met vriendschappelijken
groethad Heuvelink niets aan de lijst toe te
voegen, kon hij zich geheel vinden in de proce
dure met de inzet van beide landmeters en
maakte Wildeboer alles verzendklaar naar Nas
saulaan 3 in Apeldoorn.18
Najaar/winter 1921/'22 werd met steun van I-V
Kwisthout door, dan wel onder leiding van,
Van Riessen en Bakker een tiental tweederangs
secundaire RD-punten in Apeldoorn en omge
ving gecentreerd, waaronder Vaassen II, dat
zekerheidshalve nog eens werd ingesneden
Pun1 llf Orde van den 2fB rang-
Hét driehoeksplint dtn >0
ff f f Al
dl-, faj f-m*.
dl (r-tt -nJf+ft d ldli. -dpLid* iti Jlilf
EigCUMT êm&hnl-dA—- -d-C /^kt ll f
Gecentreerd door:
InstrumentWamschaWeiM t No. f ff
tiyc m, ifti ti.
13 Of 'Nageltje', een optisch loodinstrumentje, gebruikt bij geleide centrering; naar een idee van A. Nagel omstreeks 1885 op de
markt gebracht door Max Hildebrand. Het Science Centre Delft (v/h Techniek Museum) en het Bedrijfsmuseum Kadaster te Arn
hem bezitten meerdere exemplaren.
14 Zou er nog ergens zo'n cameraatje te vinden zijn?
15 Zoals al bleek uit Kwisthouts "vragenlijstje" was het de bedoeling gebruik te maken van de hoekmeetapparatuur van het Kadas
ter; te weten de 17 cm Breithaupt-theodoliet nr. 2196, die omstreeks 1905 door G. de Koningh centesimaal was omgebouwd en
voorzien van afleesmicroscopen (zie: I. Boer Hzn., "Theodolieten voor aansluiting van kadastrale hermetingen aan de Rijks-drie
hoeksmeting", K&L 1921, p. 103-115) en voorde hermeting Dieren was voorzien van een optische centreerinrichting (zie: J.F.A.
van Riessen, "Een nieuwe theodoliet voor den kadastralen dienst", K&L 1924, p. 144-146).
16 Ir. N. Wildeboer was, na Heuvelink, in 1887 Schols tweede voorde RD aangestelde medewerker en sedert Schols overlijden in
1897 Heuvelinks rechterhand. Wildeboer bleef bij de RD totdat de bijhouding in 1930 werd opgedragen aan het Kadaster.
17 Bakker woonde daar sinds februari 1920.
18 NCG, brief 2831, 21/6-1921
5