ém
de buitenlandse literatuur, de sferische triangu
latie een onderdeel is van het vak astronomie
(afb 1 en 2)2.
Hierbij was het ruimtelijk denken en rekenen,
de astronomische plaatsbepaling, de grondslag
waarmee geodeten en hydrografen in de 18de
eeuw, eerst lokaal (zie tabel 1en vervolgens
wereldwijd, aan de slag gingen. Deze grond
slag, de hemelcartografie, werd ook wel urano-
grafie genoemd.
Astronomen en wiskundigen publiceerden over
de hogere wiskunde en gaven richting en
inhoud aan het oplossen van het Lengtegraad
probleem.3 De sferische triangulatie werd als
referentiekader al in 1542 door de astronoom
Nicolaas Copernicus (1473-1543) beschreven
en gebruikt voor het steeds nauwkeuriger bepa
len van fysische eigenschappen der hemelli
chamen, inclusief die van moeder aarde. Dit
facet van de astronomie heet kortweg astrofy
sica.
Voor de oplossing van het Lengtegraadpro
bleem bleek bij iedere astronomische waarne
ming het zo nauwkeurig mogelijk bepalen van
de absolute- ofwel sterrentijd noodzakelijk. Na
het astronomische pendule-uurwerk werd hier
voor een handzamer technische oplossing
gevonden.
Door (zee)chronometerconstructeurs, zoals de
Brit John Harrison (1693-1776) met zijn
beroemde H4 uit 1758 en de Fransen J.A. Le
Paute (1720-1789) en Ferdinand Berthoud
(1729-1807), werd baanbrekend werk verricht.4
Rond 1760 kon met deze technische oplossing
in combinatie met verbeterde hoekmeetinstru-
menten en het sterk toenemende aantal sterren-
Afb. 2. Planetarium als leermiddel, ook wel
"armillar sfeer genoemd. Hiermee is de sferi-
sche triangulatie en de koppeling tussen de
hemellichamen en de geoïde te demonstreren.
Links het dynamisch geocentrisch planetarium
van F. Berthoud (noot 4). Ernaast de interna
tionale naamgeving van de diverse ringen.
L t S T E
Dt; Jtfnrfou fmpe-'n! ft Huveq Jrt
I ttikli ptr te Ui ét j
hu j» ét Li Mifs&lifft 3} pit '7/J
e*ritn «pit/.
GiOMÉTMtt,
I-.AOH4N5E. rtp a 11-* 4*
l'!pT?-Ji|mnn LAH.AC», isj «ït. Boni -Eoftiu
'iJt" Astmiivii
JiiArtw Uuniii, ï'ifr Ctiiéni, n."
I'iH'p-KrinijC'ii-.Aöfrr Micimjs 1 l'Qinrmtotar.
J[.n-PipXif^-ro»tph f'iruha, it,* I.
CKirlrx Müiïtitur 4tf Mtihartn 1, n.*
Anct'Ht Ni rtatretr*K.
JrJa-CUlIl» SoWJJ, nt i|" 1i Soof<lWr« n s
Ctiiln - P'irfr* CiAIT-F(_ru*l«VT*li2>wi,
Jiin-Kimli. By «raCiI^ri!! As Looth. a.* aj
Aarts r
Ntfl- Sinn*!» (tAdUClU, ID Ltwne, ttulfaf
du Piinlbq ift midi.
Ai> J11 n r t.
MilM triHS^ASi l-m-AKut nem,plut Cuk>L
Afb. 3. De samenstelling van het Bureau des
Longitudes bij de oprichting in 1795. Alle hier
genoemde personen hadden bij de wereldwijde
triangulatie ruimschoots hun sporen verdiend.
2 W. Jordan, Grundzüge der astronomischen Zeit- und Ortsbestimmung, (1885). De kartering van de sterrenhemel liep vooraf aan
en was voorwaarde voor de wereldwijde triangulatie.
Simon Berthon en Andrew Robinson, The shape of the world (1988). Vooral hoofdstuk 6: "Triangles and theodolites" is in dit
artikel, voorde typisch Nederlands-Franse situatie, nader uitgewerkt.
3 Onder het Lengtegraadprobleem wordt het astronomisch/wiskundig probleem verstaan zoals dit in 1714 verwoord is door de
Britse Koningin Anne in haar "Bill for providing a public reward for such a person or persons as shall discover the Longitude at
Sea". Kortweg, Longitude act of 1714" genoemd.
4 J.A. Le Paute, Traité d' horlogerie contenant tout ce qui est nécessaire pour bien connoitre et pour régler les pendules et les
montres. (1755, 1767). Hij was "Horlogerdu Roi".
Ferdinand Berthoud, Les longitudes par la messure du temps, (1775). Berthoud geeft een uitvoerige beschrijving van de techni
sche ontwikkeling van (zee)chronometers in zijn Histoire de la mesure du temps par les horloges (1802). Hij was de "Horloger
méchanicien du Roi et de la Marine". De cardanisch in een kistje opgehangen Berthoud Montre Marin no 3 uit 1776 kan aan
gemerkt worden als het prototype van de mechanische zeechronometer zoals die tot de dag van vandaag nog gebruikt wordt.
41