de administratie van de grondeigendom, die
nu verloren dreigt te gaan, voor het nageslacht
bewaard.
G.A.M. Van Synghel (red. Bronnen
betreffende de registratie van onroerend
goed in de negentiende en twintigste eeuw.
Broncommentaren 3. Den Haag. Instituut
voor Nederlandse Geschiedenis, 1997.
ISBN 90-5216-101-2. Als pdf te vinden op:
http://www.historici.nl/Onderzoek/Projecten/
Broncommentaren/retro
"De reeks Broncommentaren is bedoeld om de
kennis te vergroten van bronnen die van belang
zijn voor de Nederlandse geschiedenis en om
bronnenkritiek te bevorderen. De aandacht gaat
daarbij vooral uit naar serieel bronnenmateriaal
dat in vele archiefbewaarplaatsen te
vinden is en dat een zekere uniformiteit en
complexiteit vertoont. In principe kunnen
bronnen betreffende alle aspecten en perioden
van de Nederlandse geschiedenis vanaf de
Middeleeuwen in aanmerking komen. De
commentaren zijn gebundeld per thema of
aandachtsveld. Door deze clustering kunnen
de geselecteerde bronnen in hun onderlinge
samenhang becommentarieerd worden. Zo is
als eerste thema door de redactiecommissie van
het Huygens ING de registratie van onroerend
goed gekozen. Dit thema is uitgewerkt in
twee bundels. Een eerste met bronnen uit
de negentiende en twintigste eeuw, zoals
de kadastrale legger, de kadastrale kaart,
registers van overschrijving van akten van
eigendomsovergang, registers met uitkomsten
van de herzieningen van de grondbelasting,
notariële akten en de uitkomsten van het
systematisch woningonderzoek. De tweede
bundel bevat bronnen betreffende de registratie
van onroerend goed uit de Middeleeuwen en
het Ancien Regime.
Alle bronnen worden volgens een vast
stramien systematisch toegelicht. Elk
commentaar geeft de onderzoeker inzicht in
de historische en institutionele achtergronden,
in de mogelijkheden en beperkingen en in het
gebruik van de desbetreffende bron."
Bron: http://www.historici.nl/Onderzoek/
Proj ecten/Broncommentaren
Deze algemene inleiding, zo van het internet
gehaald, geeft zeer duidelijk de bedoeling
van ook dit deel van de Broncommentaren
weer. Veel uitgebreider dan in het oudere
werk van Keverling Buisman en Müller (maar
met niet zulke fraaie relatieschema's) komen
de verschillende aspecten van structuur en
gebruik van de kadastrale en hypothecaire
administratie aan de orde, ook in verband met
de grondbelasting.
Het boek bestaat uit zes delen:
De kadastrale legger en aanverwante
bronnen, 1812-1990
De kadastrale kaart, 1812-1990
De registers van overschrijving van akten
van eigendomsovergang vanaf 1811
De registers met de uitkomsten van de
herzieningen van de grondbelasting,
1873-1904
De notariële akten met betrekking tot de
registratie van onroerend goed, 1811-1920
Het systematisch woningonderzoek
omstreeks 1900.
Elk deel is op uniforme wijze ingedeeld:
Inleiding
Historische situering
Administratieve ontstaansgeschiedenis
Visuele kennismaking (met reproducties
in zwart-wit)
Bronkritisch commentaar (met
toepassingsvoorbeelden genoemd)
Noten
Bijlagen (met onder meer vindplaatsen
van de bronnen, en literatuur).
Alles is op zeer heldere wijze beschreven
door mensen van buiten het vak, het laatste
met twee uitzonderingen: een voormalig
landmeetkundig ambtenaar en een notaris.
Er wordt herhaaldelijk gewezen op het feit,
dat de kadastrale archieven zich deels nog bij
de (toenmalige) kantoren van het Kadaster
bevinden, dat anderzijds ook grote delen zijn
overgedragen, maar dat er ook veel documenten
vernietigd zijn, naar we mogen aannemen
met ministeriële goedkeuring. Dat het laatste
niet altijd het geval hoeft te zijn blijkt uit
een kort geleden door mij aangetroffen
Inventarisbeschrijving van het Nationaal
Archief:
8