Kataster-ABC
voorhanden zijnde documentatie geschetst.
Evenmin werd nergens de afzonderlijke functie
van de documenten in het kadastrale raderwerk
of de waarde als dragers van historische
informatie toegelicht, tenzij fragmentarisch,
losgerukt uit ieder administratief verband.
Een dergelijk overzicht is daarenboven
noodzakelijk voor het Algemeen Rijksarchief
en de Rijksarchieven in de Provinciën. Bij
eventuele overname van de archieven van
het Kadaster is een basisoverzicht van het
voorhanden materiaal onontbeerlijk, evenals
duidelijke criteria en voorschriften voor een
eventuele verdere permanente bewaring of
vernietiging in de schoot van de Administratie
van het Kadaster zelf."
Dan weet je toch echt niet hoe het kadaster
sedert circulaire 727 van den 6den Augustus
1844 in elkaar zit. En dat gebeurt vaker.
Duitsland
Hoewel je toch anders zou verwachten, bestaat
er in Duitsland geen enkel recent overzicht van
de vele kadastrale systemen die er vroeger in
dat zeer complexe weefsel van landen, landjes
en zelfstandige steden bestonden en hoe het
kadaster nu in elkaar steekt. Dat werd al door
Kain en Baigent in 1992 opgemerkt, en het
is nog steeds niet anders. Er is ongetwijfeld
heldenmoed en veel geduld voor nodig om
de leemte te vullen, en zoiets kun je onze
oosterburen wel toerekenen, maar helaas.
We moeten het in eerste instantie doen met:
Dit werd geschreven in 1979. Het is vast
nooit gelezen door het Nederlandse Kadaster,
want zijn Raad van Bestuur bestond het
in 2009 bij een officiële aanvraag voor
machtiging tot vervanging door reproducties
(onder vernietiging van het origineel) van de
hulpkaarten te schrijven:
"De hulpkaarten zijn weliswaar B-materiaal,
maar de informatie hieruit is ook aanwezig
in afgeleide producten als de bijbladen en de
minuutplans, die zijn/worden overgedragen
aan het Nationaal Archief en de Regionale
Historische Centra, waardoor de informatie
ook op een ander niveau/document geborgd is.'
Dieter Dresbach, Otto Kriegel: Kataster-
ABC. Heidelberg: Herbert Wichmann Verlag,
2007. ISBN 978-3-87907-408-2
Een veelbelovende titel, maar er blijkt al
direct een beperking te zijn tot Nordrhein-
Westfalen. Het illustratiemateriaal is niet
slecht, maar ontbeert een goede toelichting,
en er is geen literatuuroverzicht of -verwijzing
te vinden. Het kadastrale systeem wordt in
alfabetisch geordende trefwoordartikelen
met elk een gortdroge inhoud en talloze
13
Clillliiri
N*- 727.
Ilijlilndcn «Ier plank.
I CravenJutyt den Gdtn Auyutlui 1844.
DE MINISTER VA» FINANCIËN
Heeft goedgevonden en verstaan te bepalen
Bij elk blad van de uiinuutpLaiu wordt één ceuig
bijbud aangehouden, vOonttUende den laatsten (tand
der pcrceelen.
Op dit bijblad worden gubragl alle xeranderinyen in
de qeitcUheui der perceelen, en zulk» bij wijze van uit
schrapping en in-de-plaauteiling.
De than» in gebruik zijnde bijbladen worden afge
schaft en vervangen door de pavwhtartn (lot dus
verre schetsen genaamd), uit welke steeds de opvol
gende verandering in «te gesteldheid der jktcccUid kon
worden nagegaan.
De Minititr voornoemd
VAK HALL
Dresbach/Kriegel
4., vidfcg neu bearbeiteie und emefterte Auflagc
Wichmann
Heidelberg
2007
Circulaire van
1844 (Kadas-
I termuseum inv.
nr. 2997). NB
Later gingen
perceelkaarten
hulpkaarten
heten.