kavelingen in voorbereiding om zodoende tot
meer gefundeerde planontwikkeling te komen.
Antwoord op vraag 6 over verenigingsleven
in de geodesie
Vrijwel direct na het slagen voor het CTO ben
ik lid geworden van VTAK omdat ik dat voor
mezelf en uit solidariteit belangrijk vond en
vind. In 1980 ben ik als afgevaardigde van
VTAK lid geworden van het bestuur van de
stichting Nederlands Genootschap voor Land
meetkunde (NGL). Vanaf 1986 tot 1991 ben ik
voorzitter geweest van het NGL. Tijdens mijn
voorzitterschap zijn de volgende aansprekende
initiatieven genomen:
oprichting van de brancheorganisatie voor
bedrijven in de landmeetkunde. Het was
mijn initiatief en alle voorbereidend verga
deringen en ook de oprichtingsvergadering
heb ik voorgezeten;
aandacht aan de problemen van de ge
odetische opleidingen. We hebben vele
besprekingen met de scholen en bedrijfs
leven gevoerd om inzicht te krijgen in
de problematiek. Tegenwoordig is deze
problematiek nog urgent;
instelling van een commissie van voor
aanstaande geodeten die het NGL-bestuur
gevraagd en ongevraagd adviseerden
over landmeetkundige aangelegen heden
waaraan in NGL-verband aandacht moest
worden besteed.
Ik was uit hoofde van mijn functie van voor
zitter van het NGL tevens voorzitter van de
NLF-examens. De NLF-examens waren te
onderscheiden in landmeetkundig technicus,
landmeetkundig rekenaar, landmeetkundig
tekenaar en landmeetkundig assistent.
Nadat ik het NGL-bestuur had verlaten ben ik
op verzoek van het NGL-bestuur nog voorzitter
geweest van een commissie die de problema
tiek rond de certificatie van geodeten heeft
onderzocht en hierover heeft gerapporteerd aan
het NGL-bestuur.
..en de eigen aanvullingen (vraag 7)
Toen ik werd gevraagd om voorzitter van het
NGL te worden durfde ik die uitdaging aan
te nemen, omdat ik veel bestuurlijke ervaring
meebracht. Zo was ik 10 jaar voorzitter van een
muziekvereniging, 10 jaar voorzitter van het
schoolbestuur in Melick en 10 jaar voorzitter
van de Roerstreek-mavo geweest. Bovendien
was ik twee perioden gemeenteraadslid van de
gemeente Melick-Herkenbosch geweest.
Nadat ik met de VUT was gegaan ben ik bij
de Open Universiteit Nederland cultuurweten
schappen gaan studeren. Ik ben daar als Master
of Arts afgestudeerd in 1997. Naast die studie
en mijn functie als buitengewoon ambtenaar
van de burgerlijke stand en als secretaris van
de Limburgse Bond van Tamboerkorpsen (400
verenigingen en 20.000 muzikanten) was mijn
tijd na de VUT toch goed gevuld. De genoemde
functies hielden me van de straat.
Lijst van geïnterviewden 1986-2011
1986: H. Bijlsma (ITC), ir. H.L. Rogge (ITC), prof.
ir. G.F. Witt (Kadaster/TU Delft) en A. Schef-
fer (Kadaster)
18
1987: prof.ir. A.J. van der Weele (ITC), prof.ir. G.J.
Brouwer (ITC/TH Bandung/gem. R'dam/-
Artillerie) en ir. B. Scherpbier
(Kadaster/BPM)
1988: R.J. Wit (Kadaster) en *prof.dr.ir. W. Baarda
Kadaster/TUDelft
1989: P. Feringa (Kadaster) en *Ir. E. Muller
(Kadaster)
1990: J. Outmans (Kadaster)
1992: *prof.ir. C. Koeman (MD-RWS/UU)
en *dr.ir. A. Waalewijn (MD-RWS)
1993: *ir. E.J. Prins (Kadaster Aruba) en
*ing. K. Koet (MD-RWS)
2005: prof.ir. G.J. Bruins (TU Delft)
2006: prof.ir. H.C. Zorn (ITC)
2007: ir. W.C. Burki (Shell), ir. J.E. Pöttgens
(Staatsmijnen), prof.ir. G.A. van Wely (WUR),
prof.dr.ir. G.H. Ligterink (TU Delft), SbN. J.C.
Kreffer (Hydrografie) en prof.ir. J.E. Alberda
(TU Delft)
2008: prof.mr.ir. J. Henssen (Kadaster), *ir. W.A.
Claessen (Kadaster), prof.ir. J.C. de Munck
(TU Delft), dr.ir. P. Richardus (WUR) en
ir. W. van Gein (Hydrografie)
2009: ing. B.M. de Bruin (Hengelo/NGL) en
ir. J.B.K. Sonnenberg (Kadaster)
2010: drs. P. Geudeke (Topografische Dienst), dr.ir.
M. Tienstra (ITC/MD-RWS), prof.dr.ir. L.
Aardoom (TU Delft) en *prof.dr.ir. M.J.M.
Bogaerts (TU Delft)
2011: ir. C. Zeillemaker (gem. R'dam), M.J. Scheele
(Kadaster), J. Schoemakers (Kadaster/NGL)
en ir. P. Sluiter (Shell)
NB Van diegenen met een voor de naam bestaat geen interview
maar een (auto)biografie.