voorbereiding en uitvoering van de afsluiting
van het Dokkumerdiep in de jaren 1723-1729;
in Dokkumer Nieuwe Zijlen herinnert een
gedenksteen nog aan zijn ontwerp. Bovendien
was hij betrokken bij en in de uitvoering van
andere Friese waterstaatswerken in het begin
van de 18e eeuw, zoals de bedijking van de
Nieuwe Bildtpolder.4
Willem Loré was niet alleen leerling, maar
ook de protégé van Fullenius en werd daardoor
mogelijk daarna, in zekere zin als autodidact,
zijn opvolger als derde opleider. Dit bleek toen
Loré, hoewel hij geen academische opleiding
had voltooid, toch werd benoemd tot instruc
teur aan de Academie. Ook werd hij later toch
als lector benoemd in de landmeetkunde en
wiskunde. Zijn portret mocht dus niet in de
Senaatskamer hangen, maar wel in de biblio
theek.
Hij gaf onder andere in 1736 wiskunde-on-
derwijs aan de jonge stadhouder Willem Karei
Hendrik Friso (later stadhouder Willem IV).
Mogelijk speelde de zich uitbreidende biblio
theek van de Universiteit een belangrijke rol
in de ontwikkeling van Willem Loré.5 Hierover
het volgende: Na een wat aarzelende start van
de opleiding van landmeters met de benoeming
van Johannes Roggius tot de eerste hoogleraar,
die werd opgevolgd door Adriaan Metius, rolde
in 1601 de eerste catalogus van de biblio
theek van de pers.6 Het was niet verwonder
lijk dat destijds in de catalogus van de jonge
bibliotheek van de Universiteit in 1601 nog
weinig Latijnse of Nederlandse leerboeken in
landmeetkunde konden worden opgenomen.
Maar in de loop van de honderd jaar die in
deze artikelenserie wordt beschreven zou dat
aanzienlijk veranderen. Dat komt eveneens tot
uitdrukking in wat ook in het vorige nummer
van dit tijdschrift door middel van de beschrij
ving van het boekenbezit van Fullenius jr.
werd vermeld. Hieruit blijkt dat er in de 17e
eeuw een grote uitbreiding van het wiskunde-
landmeetkunde-boekenbezit is gerealiseerd.
Hierdoor kon mogelijk Loré uit nieuwe
landmeetkundige boeken als van Dou, van
Nispen en van Sems kennisnemen van nieuwe
Portret van Willem Loré met rechtsonder een hemel
globe, door Bernardus Accama foto auteur
methoden, waardoor hij mede een beslissende
rol in het vervaardigen van instrumenten kon
spelen. Naast zijn normale werkzaamheden als
lector in landmeetkunde en wiskunde stimu
leerde hij toen ook instrumentmakers in hun
ontwikkeling en gaf eveneens een aanzet tot
de toegang van deze vaklieden en de afzet van
hun producten tot aan het Stadhouderlijke Hof
van Friesland toe.7
Willem Loré's loopbaan werd bekroond met de
benoeming op 18 maart 1743 tot professor in
de wiskunde extra-ordinair aan de universiteit
van Franeker; hij overleed op 22 mei 1744 in
de leeftijd van 65 jaar. Door Teeling werd in
zijn Repertorium melding gemaakt van een in
1744 gehouden lijkrede.
Ene Zacharias Conrad von Uffenbach bezocht,
zoals blijkt uit zijn aantekeningen, op 22 april
1710 in Franeker ook Willem Loré, oud 25
jaar, destijds op de Franeker Academie instruc
teur in wiskunde, krijgsbouw, sterrenkunde en
landmeetkunde. Deze Von Uffenbach had be
langstelling voor boeken, handschriften, mun
ten, tekeningen en natuurkundige zeldzaamhe
den. Meermalen bezocht deze burgemeester
en schepen van Frankfurt en reiziger-bibliofiel
met zijn broer Friedrich Johann (eveneens
20
4 Encyclopedie van Friesland, Amsterdam/Brussel 1958
5 Wikipedia
6 Jacob van der Sluis, De academiebibliotheek van Franeker anno 1601Franeker 2011
7 Fokko Jan Dijksterhuis, Hidden Recources. Paper for ESF Workshop, internet 2003