m'EYö
De oprichting van de Leidse ingenieursschool
ofwel de "Duytsche Mathematicque" inlóOO10
Al vóór de aanvang van de 17de eeuw ontstond
in de Nederlanden de behoefte om ingenieurs,
mensen die ruimtelijk konden denken en
rekenen, gestructureerd op te leiden. Een
ingenieur kreeg onder meer de leiding bij het
plannen, ontwerpen en bouwen van nieuwe
(oorlogs)schepen, waterwerken, kerken
en forten. Bij de bouw van waterwerken,
kerken, forten en vuurtorens werden de
noodzakelijke, infrastructurele voorzieningen
al in de planningsfase uitvoerig bestudeerd.
Als mensen die het meest betrokken waren
bij het plannings-, meet- en rekenproces
hadden ingenieurs ook de leiding bij de
opnemingswerkzaamheden, doorgaans surveys
genoemd.11 Forten bouwen en natte/droge
surveys waren onlosmakelijk met elkaar
verbonden omdat forten in de nabijheid van
doorgaande zeewegen gebouwd werden. Ze
moesten immers goed bereikbaar zijn voor
grote schepen. Bij het ontwerp van een fort
werden de zwaarste verdedigingen en de
zwaarste kanonnen al richting het diepste
vaarwater geplaatst.
Zeemansgids en -tafels
Twee onmisbare boeken bij de astronomische
plaatsbepaling waren de de zeemansgids en
-tafels. Allereerst de Zeemansgids: dit boek,
dat al in de vierde eeuw voor Christus door de
oude Griekse zeevaarders gebruikt werd, heette
de Periplus. Hierin stonden alle voor de veilige
navigatie van belang zijnde details van een
bepaald zeegebied. Vooral havens en ondiepten
waren en zijn nog steeds van levensbelang voor
alle zeevarenden en dus terug te vinden in de
Zeemansgidsen. Daarnaast geven Zeemansgidsen
de geografische posities van alle belangrijke
peilpunten
(lees: triangulatiepunten).
De klassieke Grieken waren er al van
doordrongen dat, hoe nauwkeuriger de
astronomische plaatsbepaling was, des te groter
de kans op een veilig thuiskomst werd.
Als tweede onmisbare boek noemen we de
Astronomische tafels ofwel Zeemanstafels.
Onder Zeemanstafels verstaat men alle
astronomische en wiskundige tafels die
noodzakelijk zijn om op zee, voor een bepaalde
dag en tijd, een astronomische plaats te
berekenen. De Griek Claudius Ptolemaeus uit
RUDOLPHINzE,
T Y C H O N E
60
Titelpagina van
een vierdelig
Engelstalig
studieboek voor
het uitvoeren van
surveys, van
Aaron Rathborne
(1572-1618)
in 1616
Duidelijk herkenbaar is
hier de goniometrische
stelling van Pythagoras uit
Samos (569-475 v. Chr) die
ook bij de oude Chinese
zeevaarders bekend was en
die van een hoge berg of
(vuur)toren een meetbaken
(lees: primair triangulatie-
punt) bij uitstek maakte.
i 1 I f
A FbaiuY ilfci Aftronnrtorunu
L. t-f* Cf ''1
«ANIMO CONCfcM A ET DESTINATA ANNO
fO»5 ANKIfH r-Mürlli MUllXM. gjro lli/ll Ui™*'V
jvsst/1 t sTirtsnm tietvs tkhm tvrrr.
RUDOLPHI, MATTHI.1Ï, l-I-.RDI.NANDI,
'HV""'*'»- It rVNQiutHtt:
lOANNES KEPLERUS.
r— J».»..»» fcy
Ti tun
Cma W« rón ra»»i x-.nryHiraU.jj,
Titelpagina van de
Rudolphinetafels van
Kepler, het belang
rijkste 17de-eeuwse
astronomische over
zicht van sterposities
10 Frans Westra, Nederlandse ingenieurs en de fortificatiewerken in het eerste tijdperk van de Tachtigjarige Oorlog, 1573-1604,
1992. Vooral hoofdstuk 14 van dit proefschrift; "De Leidse ingenieursschool" laat zien dat ingenieurs/geodeten ingeschakeld
werden bij de planning en de bouw van vestingwerken. In bijlage 1 geeft Westra de namen van "Vijftig ingenieurs 1572-
1604". Westra gaat hiermee verder in zijn Bouwers van sterke werken. Nederlandse ingenieurs in het tweede tijdperk van de
Tachtigjarige oorlog 1605-1648, 2010.
11 Onder surveys verstond men in de 17de eeuw het bepalen van primaire triangulatiepunten door middel van veelvuldig
herhaalde astronomische plaatsbepalingen. Alle ondieptes, navigatiebakens en -boeien werden aan triangulatiepunten ofwel
zeeplaatsen gerelateerd.