Convenant
Nee, niet enthousiast, want er kwam van
een ontmoeting niets terecht, maar na een
klachtenbehandeling in 1318 en wat kerkelijke
bedreigingen kwam wat later wel een
convenant tot stand, aldus een citaat uit een
oorkonde van 9 september 1320: "Ten laatste,
op 9 September 1320, erkennen een groot
aantal gemeenten van Weststellingwerf c.a.,
dat zij de met de bisschop van Utrecht gesloten
overeenkomst om de weilanden in Vollenhove te
doen opmeten, gebroken hebben; dat zij bevrijd
willen worden van excommunicatie en interdict,
en dat zij daarom voor elke "talentata" weiland
die zij wederrechtelijk hebben behouden, de
bisschop jaarlijks een boete van 4 sterlingen
zullen betalen. Bovendien beloven zij de
geëxcommuniceerde geestelijken niet te
erkennen en de door hen verjaagde geestelijken
weer toe te laten." Men ziet dat de bisschop
niettegenstaande zijn geestelijke wapens van
excommunicatie en interdict, voor een deel ten
slotte toch de strijd om het behoud van zijn
goederen verloren heeft.
Met de vermelding in de oorkonden van
"talentata weiland" verschijnt er een wat
onbekende grootheid van de omvang van
een weiland. Obe Postma beschreef naast
andere maten als mansi (boerderijen), virgae
(roeden), pedes (voeten) ook "talentata in
zijn werk "Veld, huis en bedrijf" als maat van
landbezittingen in registers.5 Het Latijnse
woord talentum werd z.i. destijds vervormd
tot talenta, maar ook wel tot talentatum. In
de bijbelse gelijkenis over de drie talenten
komt hiervan ook een vorm voor als "talent";
dit als aanduiding van een hoeveelheid
begaafdheid als een aantal van één, twee of vijf
talenten. Voorts komt talentata in het Latijns
woordenboek in de vorm van talentum voor
met de betekenis van een hoeveelheid gewicht
(bijvoorbeeld zilver) of als een hoeveelheid
geld.6
In de context van het bovenstaande kan, gelet
hierop, talentata wel opgevat worden als een
hoeveelheid en in dit geval als de omvang van
een weiland, of, zoals bijbels omschreven, als
een aantal weilanden. De conclusie kan kort
zijn: ogenschijnlijk zou er sprake kunnen zijn
van een grootschalige meetopdracht, maar
zoals dat wel vaker in de historie is gebeurd,
blijft hier alleen wat geschiedschrijving over
van niet-gerealiseerde gebeurtenissen, in
dit geval een niet uitgevoerde vaststelling
van hoeveelheden landerijen, alsmede de
vermelding van de onbekende maat talentata
van weilanden. Dit talentata zou wel eens
een klassieke aanduiding geweest kunnen zijn
van in de omvang van een weiland of, zoals
gezegd, bijbels omschreven, van een "aantal"
weilanden. Of nog anders gezegd: de bepaling
van de breedte van een aantal opstrekkende
hooilanden.
De vraag kan dus worden gesteld of er in
bovenstaande omschrijvingen echt wel sprake
was van landmeten...
104
Domkapel van bisschop Frederik van Sierck
(1317-1322), E Hon' (www.hetutrechtsarchief.nl)
5 Obe Postma, Veld, huis en bedrijf. Landbouwhuishoudelijke opstellen, Hilversum 2010
6 A D. Leeman, Koenen Woordenboek Latijn-Nederlands, Amsterdam