n»
AGA/Minilir, de eerste zelfvolgende tachymeter
t-
-
r+4
Hm
In de nacht van 31 januari op 1 februari
1953 braken ten gevolge van een stormvloed
diverse dijken door in Zeeland, West-Brabant
en de Zuid-Hollandse eilanden. Ook in de
omringende landen België, Engeland en
Duitsland vonden overstromingen plaats en
vielen er slachtoffers. In Nederland lieten meer
dan 1800 mensen het leven, terwijl meer dan
70.000 mensen geëvacueerd moesten worden.
De totale schade werd geschat op meer dan
anderhalf miljard gulden.1 Deze rampzalige
gebeurtenis zou de geschiedenis in gaan als de
Watersnoodramp van 1953.
Het directe gevolg van de ramp was de
oprichting van de Delta Commissie, die
met een plan moest komen om herhaling te
voorkomen. Het initiële plan bestond uit het
afsluiten van alle zeegaten, met uitzondering
van de Nieuwe Waterweg en de Westerschelde,
en het verhogen en versterken van de dijken
langs de overgebleven getijdewateren. Ten
gevolge van protesten werd in 1973 onderzocht
of het mogelijk was de Oosterschelde open
te laten, zodat hier een zilte natuur behouden
bleef. Eind 1974 werd gekozen voor een
dam met beweegbare schuiven en de plannen
hiervoor - ter grootte van ruim 4 miljard
gulden - werden in 1976 gepubliceerd.2
De dam werd een constructie van losse pijlers,
onderling verbonden met drempels en liggers.
Het afsluiten moest geschieden met behulp
van stalen schuiven. De afmetingen waren
ongekend: de pijlers hadden een voetprint van
25 x 50 meter, waren tot 40 meter hoog en
wogen circa 18.000 ton.
M VvwnErfc
De plaatsingstoleranties waren 30 centimeter
in X/Y, terwijl de rotatie langs de Z-as beperkt
moest blijven tot maximaal 7 millimeter
per meter.3 Het plaatsen gebeurde door
een combinatie van een tweetal schepen:
de Ostrea (hefvaartuig) en de Macoma
positioneringsvaartuig)
Hoewel het dynamisch positioneren van een
vaartuig met een nauwkeurigheid van 30
centimeter in ons huidige LRK-GPS tijdperk
kinderspel lijkt, was dit in de jaren zeventig
beslist een uitdaging. GPS stond nog in de
kinderschoenen en alternatieve systemen
als het laag-frequente Loran-C, het middel-
frequente DECCA en zelfs de zeer hoog
frequente (microgolf) systemen als Trisponder
waren lang niet nauwkeurig genoeg.4
Nicolas de Hilster Bsc en Ad Pieters
A I - -I 1-
De Ostrea en Macoma bezig met het plaatsen van
een pijler (collectie A.P.M. Pieters)
1 W. Colenbrander (ed.), Rijkswaterstaat Dosbouw, Eastern Scheldt Storm Surge Barrier, (1980), pp. 4-7
2 Zie voetnoot 1
3 Magazine Cement, Eastern Scheldt Storm Surge Barrier, Proceedings of the Delta Barrier Symposium, Rotterdam, 13-15
October 1982, (Waalwijk, 1982), pp.89-90
4 US Army Corps of Engineers, Engineering and Design, Hydrographic Surveying, (Washington, 2002), pp.7 27-7 38
141