Theodolieten met elektronische afstandmeters
(EDM's) en tachymeters (total stations) waren
weliswaar voldoende nauwkeurig, maar waren
nog niet in staat een doel automatisch te
volgen.
Voor defensieve doeleinden was wel een
doelvolgend systeem bekend: de Minilir,
het product van een interne ontwikkeling
bij de Franse firma Société Anonyme de
Telecommunications (SAT). Gebaseerd op
een patent uit 1953 zag de Minilir het licht
in 1972.5 Dit laatste kan letterlijk genomen
worden, want het betreft een systeem dat
in staat is infraroodbronnen, zoals een
halogeenlamp (of een raketuitlaat), te kunnen
volgen. Oorspronkelijk werd het systeem
gebruikt op militaire oefenterreinen als
Centre d'Essais des Landes (Frankrijk)6 en
Hammaguir (Algerije)7 om raketten te volgen.
In combinatie met een er bovenop gemonteerde
camera ontwikkelde het systeem zich tot de
cinetheodoliet, die onder andere op Cape
Canaveral (VS) gebruikt werd voor het filmen
van lanceringen. Als systeem voor het ijken
van Instrument Landing Systems (ILS) vond
de Minilir haar eerste toepassing in civiele
doeleinden.
Een andere civiele toepassing vond hier
in geodetisch Nederland plaats, waar het
instrument gecombineerd werd met een EDM,
waardoor de eerste zelfvolgende tachymeter
ontstond. Introductie van het instrument is te
danken aan Hans van der Wal, Francofiel en
hoofd van afdeling Mariene Geodesie (GAM)
van de Meetkundige Dienst (MD) te Delft.
Van der Wal, getrouwd met een Framjaise,
begaf zich regelmatig in Franse kringen. Door
zijn contacten raakte hij bekend met Franse
instrumenten, die hij vervolgens bij de MD
introduceerde. In 1976 werden de eerste tests
gedaan met een Minilir die voor dat doel door
de fabrikant beschikbaar gesteld was.
Al snel werd het potentieel van het instrument
ingezien voor profielmetingen (voor strand
en wegen), plaatsbepaling bij het afzinken
van tunnelelementen en het volgen van
scheepsmanoeuvres.8 De meeste tests werden
aan boord van schepen uitgevoerd, op zoek
naar de beste infraroodbron en naar de
grenswerkbaarheid van het instrument. Uit
deze tests kwam als meest ideale infraroodbron
een enkele halogeenlamp van 100 tot 150 watt
naar voren. Een tweede serie tests volgde met
twee Minilirs, ten einde de onderlinge timing
en prestatie in verticale richting te kunnen
testen. Uiteindelijk zou het systeem voor het
142
De Minilir van SAT (www.satsouvenir.fr)
5 Sectie Histoire Générale van de SAT web site: http://www.satsouvenir.fr/?p=4-5&id=A%20-%20HISTOIRE%20GENERALE/
A4%20-%20LA%20SAT%20ET%20SES%20TRENTE%20GLORIEUSES/A4-02%20LES%20PRODUITS/A4-02-01 .jpg, laatst
bezocht dd. 29/09/2012
6 A. Delteil, 'L'Optronique', artikel op de SAT-website: http://www.satsouvenir.fr/index.php?p=4-3&contrib=91laatst bezocht
dd.29/09/2012
7 C. Dugarre, 'Missiles and Spaceflight... Sahara Test Centre', In: Flight, Aircraft, Spacecraft, Missiles, 13 February 1959, (1959),
p. 213
8 Rijkswaterstaat, 'Een halve Eeuw Meetkundige Dienst, 1931 - 1981', in: Publicatie van de Rijkswaterstaat Meetkundige Dienst
te Delft, 35 (oktober, 1981), (Delft, 1981), pp.87-88