Caert-Thresoor 2012-3
Molyneux-projectie genoemd"Deze
omschrijving klinkt heel bijzonder. Edward
Wright beschrijft in zijn boek (1657)
'Certain errors in navigation' hoe hij de
Mercatorprojectie verbeterde, onder andere
door uit te rekenen op welke breedte de
loxodromen de diverse meridianen snijden.
Uit niets blijkt hierbij dat de kwadratuur
van de cirkel in dit proces een rol speelt.
Molyneux wordt niet genoemd.
En op pag. 97 (oriëntatie op Poolster)
verwijst JM naar noot 10: F. Rudio,
Archimedes, Huygens, Lambert,
Legendre: 'Vier Abhandlungen über die
Kreismessung' enz., 1892. Ook hierin
staat echter niets over de Poolster, over het
gebruik van de "kwadratuur" in Portolanen
of over cartografie. Het gaat over de
wiskundige aspecten van (het bepalen van)
het oppervlak van een cirkel. Dit is dus
bepaald geen 'overduidelijk voorbeeld'.
Mocht er in portolanen of bij de kaart
van Molyneux toch een relatie zijn met
de "kwadratuur", dan zou een deskundige
er eens een goed inhoudelijk artikel over
moeten maken!
3. Op pag. 65 stelt JM (in noot 25) dat "het
meten van waterdiepten ten opzichte van
een astronomisch bepaald punt in de
oudheid ook al werd gedaan Als bron
wordt een artikel in The Mariner's Mirror
(2010) door Ehud Galil genoemd. Dat
artikel gaat echter juist niet over het loden
t.o.v. "een astronomisch bepaald punt".
Integendeel! Bij gebrek aan bekende punten
op een onbekende kust tracht de zeeman
een veilige diepte(-lijn) aan te loden, om
daaruit een zeer grove indicatie te krijgen
van zijn afstand tot die kust.
Er waren nog wel meer punten die wringen,
waarop ik nu niet kan ingaan, ook in eerdere
artikelen, bijvoorbeeld:
- het vermeende belang van de zeemansgids
bij astronomische plaatsbepaling;
- de nauwkeurigheid van een "ware plaats"
uit drie sterren;
- "afwijkende" sterrenbeelden, die in feite
zg. alignementen tonen;
- het verschil tussen de Mercatorprojectie en
die van Marinos van Tyros;
- de definities van Triangulatiepunt,
Zeeplaats, (belangrijk) Peilpunt;
- verwarrend gebruik van het woord
"triangulatie"; JM lijkt het belang en de
praktijk van grootschalige en kleinschalige
triangulatie door elkaar te halen;
- onduidelijkheid over de omschrijving van
een (lokale) hydrografische survey.
Hans Ferwerda
Discussie met dank gesloten, (red.)
Uitgave 2012-3 van het tijdschrift Caert-Thresoor bevat onder meer de volgende bijdragen:
Brussel, Halle, Vilvoorde. Een topografische vergelijking op basis van de stadsplannen
van Jacob van Deventer, door Bram Vannieuwenhuyze;
Natuurschoonwetkaarten gered en nu via internet te raadplegen, door Wybren Verstegen;
'De polder in questie'De ontdekking van een onbekende zestiende-eeuwse proceskaart
van de polder Donkersloot, door Henk van de Graaf en Martijn Storms;
De Tweede Wereldoorlog in Nederland. Een 'beeldige' samenvatting van een moeilijke
periode in kaart gebracht door de Stichting 1940-1945, door Hans Kok.
Verder wordt de rubriek Kaartencollecties in Nederland voortgezet met die van het
Koninklijk Instituut voor de Tropen in Amsterdam.
Algemene informatie: www.caert.thresoor.nl.
167