Zoeterwoude van groot belang. Met behulp van
de schaalfactor onderaan de tekening van het
basisnet kon het fragment waarop de op het ijs
gemeten afstand bd stond naar de schaal van
1:50.000 worden vergroot. Controle hierop
was de uitgepaste afstand tussen de torens
van Voorschoten en Zoeterwoude (RD=3473
m). Na doorprikken met een piquoir van de
eind- en beginpunten van bd en tc, alsmede
de aansluitpunten van de torens Voorschoten
en Zoeterwoude op een blanco A4, konden
de basissen met een klassieke trekpen van
een inktlijn worden voorzien, alsmede de
aansluitpunten van een kruisje. Na een
transparante kopie te hebben gemaakt kon
daarna de tekening op schaal 1:50.000 met
behulp van de aansluitpunten passend gelegd
worden op de topografische kaart 1:50.000 en
afgedrukt, waarvan het resultaat met bd en tc
hierbij zijn afgebeeld.
De conclusie uit de bijdrage van Van der
Plaats en genoemde reconstructie was dat
Snellius in 1615 en 1622 zijn metingen heeft
verricht in de Oostvlietse polder en de Kleine
Cronesteinse Knotterpolder tussen Voorschoten
en Zoeterwoude. In 1622 gebeurde dat op het
ijs van ondergelopen land, omdat, gelet op
de hoogteligging van (nu) resp. -1.2 en -1.5
N.A.P., deze landerijen wel vatbaar zouden
kruinen zijn geweest voor overstromingen.
Van der Plaats omschreef in 1889 die metingen
in paragraaf 4 met meer informatie over de
meting van de vijf basissen. De basis bd werd
in januari 1622 over het ijs gemeten met
een landmetersketting. De basis tc en ook
de andere basis ig werden eerder en in 1616
over land gemeten en niet over het ijs. Uit de
kaartjes blijkt dat de overige twee van 1622 wat
zuid-westelijker en noordelijker gelegen waren
dan Leiden, zoals de kaartjes van Haasbroek
en Jordan laten zien. Deze laatste wat verder
van Leiden gelegen basissen fo en km waren
volgens Van der Plaats inderdaad wèl over het
ijs gemeten. In het Tijdschrift van K&L 1899
gaf de Duitse Prof.Dr. W. Jordan commentaar
op het artikel van Van der Plaats. Hij schreef
niets over metingen over ijs, maar wel dat de
tweede serie basismetingen in 1622 plaatsvond
en maakte tevens een fraaie Duitse tekening
van het basisnet.3
Het fragment van de bijdrage in "Snellius" gaf
ook de punten Voorschoten en Zoeterwoude
weer. Met Zoeterwoude werd zonder enige
twijfel de toren van de Hervormde kerk
van Zoeterwoude bedoeld, die volgens een
45
De basis tc en de basis bd van het basisnet van
Snellius gemonteerd op een fragment van de topo
grafische kaart 1:50.000 (beoosten Voorschoten)
TKIANOOLIEKUNG VON SNELLIUS 161S.
In der Tijdschrift voor kadaster en landmeetkunde, V« jaar
gang 1889, 1st cine Overzicht van de Graad metingen in Nederland
gegeben von Dr. J. D. van der Plaats, aus welcher wir die
Messungen von Snellius ausgezogen und einer theilweisen Aus-
gtöchung und Genauigkeitsberechnung untervvorfen haben wie folgt:
Fragment van het net van Snellius naar tekening
van W. Jordan
3 W. Jordan, Trianguliering von Snellius 1615, in: Tijdschrift van K&L jaargang XV 1899
WasutciHinr
Figur 1,
