Voor u gelezen
Wiskunde als familiebedrijf. Menelaus
Winsemius'lijkrede op Adriaan Melius
(1571-1635), bezorgd, vertaald en ingeleid
door Arjen Dijkstra, Goffe Jensma,
Djoeke van Netten en Piter van Tuinen.
Rijksuniversiteit Groningen (E.H. Water-
bolk-reeks), 2012,208 blz.,
ISBN 978-90-367-5587-0, 12,50
Eind oktober 2012 legde ik de hand op
het boek "Wiskunde als familiebedrijf".
Geïnteresseerd in Adriaan Metius en met de
schaarse kennis over zijn leven en werken heb
ik het boek ademloos gelezen. Vervolgens
heb ik het werk twee maanden terzijde gelegd
en me voorgenomen om, nadat de inhoud
bezonken zou zijn, deze recensie te schrijven.
Het is een geschiedkundig verhaal van een
Alkmaarse familie die in de wereld van de
wiskunde, vestingbouwkunde, landmeetkunde,
cartografie, astronomie en instrumentenbouw
een vooraanstaande rol speelde in de tijd van
de Tachtigjarige Oorlog en daarna. Adriaan
Anthonisz. heeft als vestingbouwer in opdracht
van de Prinsen Willem en Maurits van Oranje
aan vrijwel alle Nederlandse vestingsteden
vorm gegeven. We kennen Adriaan Anthonisz
ook van het standbeeld dat van hem in
1997 is geplaatst in Alkmaar (DHC 2005-
3). Zoon Adriaan Metius werd één van de
meest bekende geleerden van zijn tijd. De
samenwerking met de bekende Deen Tycho
Bralra, zijn optreden aan de universiteiten
vair Rostock en Jena en tot zijn dood het
hoogleraarschap in Franeker hebben aan
zijn internationale reputatie en invloed sterk
bijgedragen. Metius' boeken over vestingbouw,
astronomie en landmeetkunde werden aan het
begin van de 17e eeuw zeer gewaardeerd. Zelfs
in Jezuïtische kringen werden de leerboeken
van deze Protestantse geleerde aanbevolen.
De indrukwekkende verspreidüig van zijn
kennis en producten is mede een gevolg van
zijn commerciële instelling. Zo paste hij zijn
leerboeken soms minimaal aan aan nieuwe
inzichten en kennis,
om tot een nieuwe
uitgave te geraken,
die dan ook prompt
werd afgenomen.
Bij de publicaties
leverde hij vaak
een model van een
instrument. Ook in
dit besproken boek is een papieren astrolabium
ingesloten, een instrument gebouwd door
Willem Jansz. Blaeu, opgedragen aan Adriaan
Metius. Adriaan Metius heeft ongetwijfeld
een belangrijke bijdrage geleverd aan de
bloei van de Republiek. Interessant is de
geschiedenis vair Adriaans jongere broer Jacob,
die volgens sommigen de telescoop heeft
uitgevonden, maar door zijn wereldvreemd
gedrag heeft hij hiervoor nooit erkenning
gekregen. Prins Maurits van Oranje had, als
legeraanvoerder, veel belangstelling voor
toepassingen van de kijker. De Middelburgse
brillenmaker Hans Lipperhey echter wist
een week eerder dan Jacob de aandacht
van de prins op zich te vestigen. Hierdoor
is Lipperhey de geschiedenis ingegaan als
uitvinder van de telescoop en niet Jacob
Metius. Er werden aan Jacob Metius en
Lipperhey geen octrooien verleend, wel
verstrekte de Staten Generaal een behoorlijke
som geld, lees subsidie, om het product te
verbeteren. Rudolf Snellius demonstreerde
het instrument in 1609 en anderen beschreven
het. Als Adriaan toen de beschikking had
gehad over de kijker van zijn broer, dan zou
hij ongetwijfeld de onderbouwing van de
theorie van het copernicaanse, heliocentrische
stelsel hebben kunnen publiceren. De eer ging
naar Galileo Galilei, die met de telescopische
waarnemingen: vair de manen van Jupiter zijn
vermaarde Sidereus Nuncius (1610) het licht
deed zien en daaraan zijn grote vermaardheid
had te danken. Deze en vele andere
geschiedenissen zijn te vinden in de lijkrede op
Adriaan Metius, uit ge proken en in uitgebreide
49
Wiskunde als
familiebedrijf
ilfriKAittt Kïiifi'jwirif' lijkivJt <zp
H-WfiüTT „Vfatitf (ifji'ifyj)
itrrcqprf, rerfewU tn in^ lciA Avr
Arpn DijSttltj
(io&rjtwmj
njatlct na .NVnVji
fittt nat Tiiiiwji