toedeling van de vrijwillige ruilverkaveling "Ballum' op Ameland overgeschreven. Dit is de eerste grote ruilverkaveling waaraan het Kadaster heeft meegewerkt, nog vóór de eerste Ruilverkavelingswet van 1924. Uit 3738 oude percelen ontstaan 339 nieuwe. 1918 Metingen op verzoek van particulieren worden pas uitgevoerd als de betaling daarvan is verzekerd (aanschrijving van 16 mei, no. 29). De hypotheekbewaarders die benoemd zijn na 30 juni 1918 moeten hun ontvangsten uit het kantoor storten in 's Rijks schatkist. Zij krijgen nu hun vast salaris van het Rijk. De overige bewaarders moeten binnen twee maanden kiezen of zij onder deze nieuwe regeling willen vallen of niet. Per 1 augustus treedt een nieuwe Instructie Kadaster (I.K.) in werking, ter vervanging van de I.K. van 1900. Twee landmeters worden hypotheekbewaarder, wat een hevige reactie veroorzaakt bij de belastingdienst. Het Koninklijk besluit van 1 augustus 1828, Stb. 52, bepaalde namelijk dat bewaarders bij voorkeur uit de kring van de registratie (belastingdienst) geworven moesten worden. 1919 De verplichting tot het stellen van zekerheid voor rijksambtenaren ten behoeve van de Staat wordt opgeheven. Dit geldt o.a. voor de hypotheekbewaarders. De missive van 27 februari, no. 66, gaat over de oude strijd tussen de landmeters van het Kadaster en de controleurs van de grondbelasting: de laatsten willen zo veel mogelijk gebouwen en gebouwtjes op de kadastrale kaart; de landmeters willen slechts de hoofdgebouwen meten. Het Koninklijk besluit van 16 juni, no. 78, bepaalt dat ten behoeve van de velddienst "meetarbeiders bij het Kadaster" in vaste dienst kunnen worden aangesteld. 1920 Bij ministeriële resolutie van 28 juni. no. 135, wordt bepaald dat de bewaarder, als de aanbieder van een akte schriftelijk verzoekt de aangehechte stukken niet mee over te schrijven, aan dat verzoek moet voldoen. Per 1 juli zijn de kantoren van het Kadaster voor het publiek gesloten op zaterdag na 13 uur (Koninklijk besluit van 25 juli 1919, Stb. 529). De aansprakelijkheid tegenover het publiek van de bewaarders van de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewij zen voor verzuimen e.d. wordt vervangen door een aansprakelijkheid van de Staat (Stb. 1920, 634). 1921 Bij brief van de Minister van Financiën van 22 juli. no. 96, wordt de hy potheekbewaarder te Arnhem verzocht de rechthebbenden een kennisgeving te zenden van de nieuwe kadastrale aanduiding in verband met de henneting van Dieren en de desbetreffende notarissen in te lichten. Ook worden voorschriften gegeven voor de bijhouding van het nieuwe kadaster van Dieren. Bij gedrukte brief van november licht bewaarder Hommersom van Arnhem de notarissen in de arrondissementen Arnhem en Zutphen in over het nieuwe kadaster van Dieren. 1922 Alle ontvangsten komen nu ten goede aan de Staat en niet meer aan de bewaarder van de hypotheken en het kadaster persoonlijk. Als vergoeding krijgen de bewaarders een jaarlijkse toelage naast hun salaris, zolang zij het beheer over hun huidige kantoor hebben. Deze vergoeding varieert van f. 440 (Winschoten) tot f. 9360 (Amsterdam). Relevante rechtsfeiten inzake hypotheken, bijv. cessie, kunnen in de openbare registers worden aangetekend op verzoek van belanghebbende. In de kadastrale boekhouding moet het adres van de rechthebbenden worden vernield. Per 1 mei komen er nieuwe kadastrale tarieven, krachtens de wet van 3 april, Stb. 166. Bij brief van de Minister van 23 mei, no. 25, werd toegestaan om woningcomplexen 124

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2013 | | pagina 22