gehoorzaamde zonder dralen. De abdis
had voor de Hervorming veel te redden. Een
fragment uit haar verhaal: 'Onze collega de
landmeter verrichtte een haast onmogelijk
werk door in zeer korte tijd met niet dan
beperkte middelen - hij had immers bij de
grens zijn instrumentarium moeten inleveren
- de uitgestrekte landen op te meten, te
beschrijven en in te tekenen. Hij diende zich te
verlaten op de grootte van zijn voet, de lengte
van zijn pas en de breedte van zijn gestrekte
armen.De vereerde landmeter komt ook in
andere hoofdstukken voor, zoals in '4. Het
verhaal van de filosoof'. "Uw kaartmateriaal,
mevrouw, meneersprak hij tot de landmeter
en de abdis, 'heeft ons hart verblijd en ons
oog gestreeld. Meneer, u bent werkelijk een
zeer bekwaam vakman. In hoofdstuk 13
blijkt dat de elf leden elk een kabinet met
mooie spullen hadden. Het eerste was van
de landmeter-schilder, die aan en voor zijn
geldschieters een indruk wilde geven van zijn
nieuwe polder. 'U hebt goed werk verricht
zei de koning, en in de ogen van de landmeter
kwamen tranen van geluk.In het boek staan
afbeeldingen van ook de kaart van Van Scorel
en van twee pagina's uit het kaartboek van het
abdijbezit van Rijnsburg door Symon Aerntsz,
Van Buningen. Er is een slothoofdstuk 14 met
'Verantwoording van feit en fictie' en daarmee
is het zelfs voor ingenieurs een prachtboek!
Adri den Boer
Simon Garfield (vert. Tracey Drost-Plegt en
Bert Meelker), Op de kaart - Hoe de wereld in
kaart werd gebracht, ISBN: 9789057595714,
Amsterdam 2013 (Podium), 496p., 25,00
'On the Map'. Onder die titel schreef de
wetenschapsjournalist Simon Garfield "een
bonte en liefdevolle geschiedenis van de
cartografie". Dit volgens een recensie van
de vertaling in De Volkskrant van 3 augustus
2013. Beginnende met de vermelding van
de oudste kaart van China uit de 12de eeuw
wordt al snel in de bespreking de problematiek
van de kaartprojecties aangestipt. Uiteraard
de vermelding van de Mercatorprojectie van
1559. die een ander doel diende dan de exacte
weergave op schaal van de oppervlakten
van de werelddelen. Dit met gevolg dat de
inwoners van westerse landen opgroeiden
met de gedachte dat Afrika flink wat kleiner
was dan de werkelijkheid en Groenland
flink wat groter. Simon Garfield noemde het
voorbeeld van een tennisbal, die om plat te
kunnen blijven liggen in het midden kleiner
moet worden gemaakt en langs de randen wat
groter. Het wereldbeeld dat door het gebruiken
van de Mercatorkaarten ontstond kreeg ook
een politiéke dimensie: "Rijke continenten
werden groter afgebeeld en anne continenten
kleiner", aldus Garfield. De Schot James Gall
ontw ikkelde een eigen projectie, waarop deze
Peters-Gallprojectie een groot uitgerekt Afrika
weergaf en daarentegen Europa als kleiner
werd afgebeeld. Garfield fonnuleerde het
zo: "Een boek over kaarten is in wezen een
boek over de ontwikkeling van de wereld."
En wel om te beginnen met de prehistorie
en om via de scheepvaart van de 16de eeuw
205